Burgh, Woonhuis Burghsering 12
Verder staan in Burgh diverse aardige vroeg-20ste-eeuwse huizen. Voorbeelden van gepleisterde dwarse eenlaagspanden zijn
Burghsering 20 (circa 1910),
Kerkstraat 19-23 en - ongepleisterd -
Burghsering 29-30. Uitgevoerd in neorenaissance-stijl met banden en sluitstenen in contrasterende kleuren en/of boogvullingen met tegeltjes zijn de dwarse huizen
Burghseweg 68 en
78; en uit circa 1920 de diepe huizen
Burghsering 28,
Burghseweg 29 en
62. Het wit geschilderde L-vormige huis
Burghseweg 56 is voorzien van mansardedaken. Een hoger opgetrokken middenrisaliet met dakerker en chaletstijl-details hebben
Burghseweg 70 en
76 (beide circa 1910). Expressionistische details zijn te vinden bij de woonhuizen
Elizabeth (Hogeweg 35) en de soberder uitgevoerde huizen
Hogeweg 62,
Burghseweg 33 en
Weeldeweg 44. In zakelijk-expressionistische stijl ontworpen zijn
Burghseweg 46 en de villa's
De Zonne (Burghseweg 64) en
Oase (Duinwegje 31). Burgemeester jhr. A. van Citters liet in 1938 de grote villa
Schouwenburgh (Duinwegje 20) bouwen naar een traditionalistisch ontwerp van F.C.J. Dingemans, met markante dakkapellen en een torenuitbouw.
Het pension ‘Lisiduna’ (Hogeweg 57) dateert uit circa 1925 en is een voorbeeld van een ruime villa in expressionistische stijl.
Boerderijen. De gepleisterde dwarshuisboerderij
Daleboutsweg 4 is thans in gebruik als restaurant. Hoewel het woongedeelte een 17de-eeuwse oorsprong heeft, tonen de gevels een 19de-eeuws uiterlijk. De linker puntgevel bevat een gevelsteen met voluten en het opschrift ‘De trouwe Herde, 1635’. De vroeg-19de-eeuwse boerderij
Molenberg (Hogeweg 53) heeft een wit geschilderd woonhuis met hoge schuifvensters en een ingang met getoogd bovenlicht. De serre aan de noordzijde is van 1943. Op het erf staat een deels houten schuur. In 1890 op de plaats van een landhuis opgebouwd is de boerderij
Crayenstein (Kraaijensteinweg 26), waarvan het woonhuis een ingezwenkte lijstgevel heeft. Van het oude buiten resteren vermoedelijk de betegelde keuken in het souterrain en verder de gracht met stenen boogbrug en de posten en zijdelen van een smeedijzeren toegangshek. Een opvallende boerderij in late neoclassicistische stijl is
Mon Plaisir (Meeldijk 11), gebouwd in 1908 voor W. Vis. Aan de begin 20ste eeuw in de Schouwse Westhoek bloeiende bollenteelt herinneren de twee, in kalkzandsteen uitgevoerde,
Burgh, Tramstation
Burgh, Boerderij Mon Plaisir
tweelaags bollenschuren bij de boerderij
Burghseweg 66 (circa 1905). De bollenschuur van de boerderij
Zomerzorg (Burghseweg 47) is gesloopt, maar het in 1904 voor een uit Lisse afkomstige bloembollenteler gebouwde diepe woonhuis met afgetopte puntgevel en forse kroonlijst resteert.
Het voorm. tramstation (Burghseweg 69-71) werd in 1915-'16 gebouwd aan het eindpunt van de stoomtramlijn van de Rotterdamsche Tramweg-Maatschappij. Tegen de lagere vleugel met wachtruimte en woning staat een hoger bouwdeel dat als watertoren voor de stoomlocomotieven diende. Het in 1953 buiten gebruik geraakte station is in 1960 tot woning verbouwd.
De Alg. begraafplaats (Kerkstraat 11), omstreeks 1880 enigszins verhoogd aangelegd binnen de oude ringwalburg, wordt afgesloten door een toegangshek met gietijzeren hekposten voorzien van doodssymbolen.
De Plompetoren (bij Koudekerkseweg 12), gelegen ten oosten van Burgh, is een markante 14de-eeuwse toren van vier geledingen, waarvan de bovenste achtzijdig van vorm is en wordt beëindigd met rondboognissen en een boogfries. Inwendig bevinden zich een vernieuwde spiltrap en een aanzet van een stenen gewelf. Deze in 1996-'97 voor het laatst gerestaureerde toren, die lange tijd als baken voor de scheepvaart diende, is het enige restant van het dorp Koudekerke, dat bij het opwerpen van een inlaagdijk aan de noordzijde van het dorp in 1581 aan de zee werd prijsgegeven.