voorgevel, gebouwd in 1836-'37 na afkondiging van het Belgische Koninklijk besluit tot opheffing van het simultaneum en daarom ook wel een ‘Leopoldkerkje’ genoemd. Het is sinds 1987 een S.O.W.-kerk. Preekstoel en orgel dateren uit de bouwtijd en zijn gemaakt door J. Binvignat.
Op het naastgelegen kerkhof liggen twee vermeldenswaardige grafstenen (1839 en 1842). De voorm. pastorie (Gansbaan 9) is een fors gepleisterd middenganghuis uit circa 1830 met eclectische elementen.
De voorm. synagoge (Kuileneindestraat 22a) is een zaalgebouw met dakruiter en halfronde sluiting, gebouwd in 1851-'53 in neoclassicistische stijl naar plannen van J.L. Lemmens. Boven de omlijste ingang zijn de Hebreeuwse tekst van Psalm 96:9 en het jaartal 5611 (1851) aangebracht. Op de door A. Drielsma ontworpen bronzen deuren uit 1992 staan de namen van de tijdens de Tweede Wereldoorlog weggevoerde Joodse inwoners van Meerssen. Het neoclassicistische interieur is uitgevoerd met pilasters en een gebogen vrouwengalerij. Van de arke zijn de beide deuren met Hebreeuwse opschriften nog aanwezig.
De R.K. St.-Joseph Arbeiderkerk (Past. Creusenplantsoen 25) is een opvallende moderne zaalkerk met vrijstaande bakstenen klokkentoren en een ingangsportiek met kolossale zuilen. Deze kerk met functionalistische en traditionalistische elementen kwam in 1958-'59 tot stand naar plannen van Ch. Eyck en met H.J.A. Koene als uitvoerend architect.
Raadhuizen. Het voorm. raadhuis Beekstraat 22-24 is een vierlaags neogotisch pand dat in 1867 naar plannen van C. Weber werd gebouwd als raadhuis annex kantongerecht. Het kantongerecht sloot in 1875. Van 1952 tot 1987 was het pand in gebruik als politiebureau, daarna is het verbouwd tot woningen. Het raadhuis werd in 1952 gevestigd in het rond 1750 gebouwde gepleisterde middenganghuis Markt 10 dat onderdeel uitmaakte van een in oorsprong 17de-eeuwse boerderij. In 1988 betrok men de nieuwbouw Beekstraat 51 op een deel van het oude proosdijterrein. Tot dit nieuwe complex behoort ook de zogeheten Proosdijhof (Kerkstraat 27), een gesloten hoeve met een deels gepleisterd woonhuis uit circa 1840.
Het Groene Kruisgebouw (Kookstraat 58), opgetrokken rond 1935 met functionalistische elementen, is een karakteristiek voorbeeld van dit gebouwtype.
Woonhuizen. In de nabijheid van de kerk bevinden zich enkele forse dwarse huizen, waarvan de oudere scheidingsmuren doen vermoeden dat het gaat om voormalige kapittelhuizen. Voorbeelden hiervan zijn Markt 1 en 3, alsmede Beekstraat 25. Alle drie hebben ze in de 19de eeuw een nieuwe voorgevel gekregen. Mogelijk is ook Beekstraat 52 een kapittelhuis geweest. Het betreft een dwars huis uit de tweede helft van de 18de eeuw met vier opvallende geplaatste schoorstenen en vensters met (gedeeltelijke) hardstenen omlijsting. Boven de ingang bevindt zich een (19de-eeuwse) zonnewijzer. Bunderstraat 21 heeft een mogelijk herplaatste gevelsteen met rococo-details (midden-18de-eeuw). Ook het mergelstenen woonhuis Gasthuisstraat 18 is in opzet vermoedelijk 18de-eeuws.
De forse burgemeesterswoning Villa Zuiderhof (Kuileneindestraat 6) werd rond 1905 gebouwd in neoclassicistische stijl met eclectische details. Eclectische details hebben ook de burgerwoningen Bunderstraat 61-67 (1901). Neorenaissance-details zijn te zien bij het hoekpand Kuileneindestraat 2 (1903) en de villa Houthemerweg 21 (circa 1905). De in 1907 gebouwde villa Huize Eyckendael (Houthemerweg 74) wordt gekenmerkt door chaletstijl-details. Traditionalistisch van vorm, met elementen van de Engelse cottagestijl, is het zomerhuis Bunderstraat 32, gebouwd in 1918 in opdracht van de Hengelose machinefabrikant D.W. Stork. De siroopfabrikant R. Nagelschmidt liet in 1922 de villa Bliss (Bunderstraat 83) bouwen in ‘Um 1800’-stijl. Het geheel houten huis Lydowine (Lange Raarberg 56) met chaletstijl-elementen verrees rond 1925 voor de zakenman Guichard. Zakelijk-expressionistisch zijn de villa Houthemerweg 15 (1934; ontwerp H.F.J. Stoks) en de dubbele villa Parallelweg 8-10 (1936). De forse villa Terra Nova (Houthemerweg 39), met mansardedak en inpandige garage, kwam in 1941 gereed in traditionalistische vormen naar plannen van H.H. Lendfers.
Horeca. Het voorm. hotel De Poort der Geulvallei (Tussen de Bruggen 1) is een mergelstenen landhuis gesticht in 1760 door de notarisfamilie Van der Hooven. Het oorspronkelijk L-vormige gebouw werd in 1824 uitgebreid tot carré-vorm. In 1887 kwam het in bezit van L. Regout en van 1903 tot 1952 was het een klooster van de soeurs Sacrés Coeurs en daarna hotel. Het hotel Koningin Gerberga (Volderstraat 31) is een vermoedelijk in opzet 19de-eeuws mergelstenen pand dat rond 1900 is verbouwd. Toen ook kreeg het een nis met een beeld van Maria met kind. Tot 1940 diende het als parochiaal centrum en daarna als hotel.
Winkels. De winkelpui van het pand Markt 4-8 (circa 1905) heeft jugendstil-details en bij de winkel Stationstraat 3 (circa 1905) vertoont het pleisterwerk jugendstil-vormen. Sobere expressionistische details vertonen de door J. Bemelmans ontworpen winkelpanden Beekstraat 54-60 (1924) en Kruisstraat 9 (1929). Uit dezelfde tijd stamt de art deco-pui van de ‘Firma Gez. Hennekens’, Beekstraat 62. Kubistisch-expressionistisch van vorm is het woon- en winkelpand Bunderstraat 181 (1928), opgetrokken voor W. Bouwens naar plannen van M. Bouwens.
De boerderij Tussen de Bruggen 2-4 is een L-vormige mergelstenen hoeve met hardstenen vensteromlijstingen, gebouwd in 1731 en verbouwd begin 19de eeuw.
De watermolen ‘Groote-of Banmolen’ (Molenveldweg 12-14) is een turbinemolen op de Geul. Van het in opzet 18de-eeuwse gebouw (gevelsteen ‘1778’) werd het woonhuis in 1918 vernieuwd naar ontwerp van L. de Macker. De waterraderen zijn in 1931 vervangen door een dubbele horizontale Francisturbine; de asynchrone generator is uit 1986.
Het voorm. station (Stationsplein 3) is in 1900-'01 gebouwd in chaletstijl naar een ontwerp van W. de Jong en bestaat uit een gedeelte met dienstwoningen en een lagere zijvleugel. Het tuinontwerp van het voorplein (1961) was van H.