Eijsden, Woonhuis Prins Hendrikstraat 29 (1981)
werd rond 1890 gebouwd met eclectische details. Chaletstijl-sierspanten boven de ingang hebben het woonhuis
Stationsplein 13-14 (1897), het voorm. notariskantoor
Wilhelminastraat 73 (1898) en de huizen
Wilhelminastraat 78 (1905) en
Breusterstraat 39 (circa 1905). Een latere variant met geknikte vakwerkgevel is te zien bij
Vogelzang 1 (circa 1915). Opvallende eclectische vensterbekroningen hebben de in 1905 naar ontwerp van A. Jonissen voor directeuren van de Nederlandsche Zinkwit Maatschappij gebouwde villa's
Prins Hendrikstraat 27 en
29. Naar zijn ontwerp verrezen ook de herenhuizen
Wilhelminastraat 3 (1913) en
Wilhelminastraat 50 (1924). Traditionalistisch van vorm is de villa
Breusterstraat 3 (1939) naar plannen van J. Wielders.
Het voorm. veerhuis (Bat 7) is een groot bakstenen huis uit circa 1800 met mergelstenen speklagen en een lagere aanbouw.
Boerderijen. De boerderij Reinekenshof (De la Margellelaan 16) is een grote gesloten herenhoeve, oorspronkelijk toegankelijk via een poortpaviljoen uit 1722. De gesloten herenhoeve Kerenshof (Voerstraat 2) is boven de inrijpoort voorzien van de datering ‘1695’. Aan de straatzijde staat een dwars woongedeelte met classicistisch ingangspoortje uit 1720. Voorbeelden van 18de-eeuwse gesloten hoeven zijn Graaf de Geloeslaan 15 en Vroenhof 5.
Van het station (Stationsplein 1) resteert het eenlaags middendeel uit 1861 met flauw hellend dak. In 1901 voegde men aan de pleinzijde een lagere aanbouw toe. De oorspronkelijke flankerende bouwdelen met dienstvleugels zijn toen en rond 1960 gesloopt.
De Nederlandse Zinkwit Maatschappij (Ing. Rocourstraat 28) werd in 1871 door C.V.G. Rocour gesticht als Union Minière Oxyde. De oudste fabrieksgebouwen zijn in 1907 vervangen door een grotere fabriek, waar in 1912 een fabriek voor de dekkende witte Lithopoonverf aan werd toegevoegd. Naar ontwerp van V.E. Marres en W.J. Sandhövel verrees in 1928 in traditionalistische vormen een op een groot landhuis lijkend kantoorgebouw. Ten behoeve van de arbeiders werd op initiatief van directeur F. Piscard op enige afstand ten noordoosten het Mariadorp gesticht (Platanenlaan, Rode Kastanjelaan e.o.), waarvan de sobere, later wit geschilderde, dubbele woonhuizen in 1913-14 en 1916 tot stand kwamen.
De Herv. begraafplaats (Caestertstraat ong.), gesticht in 1857, bevat onder meer een grafsteen met vaas voor G.W. Frederiks († 1912).
Watermolens. Aan de zuidzijde van Eijsden bevinden zich vier watermolens op de Voer. De bovenste daarvan is de
Muggemolen (Voerstraat 6), die voor het eerst in 1436 wordt vermeld. Deze in 1882 als korenmolen herbouwde middenslagmolen ligt onder één dak met een
Eijsden, Graanmolen
boerderij. De eerste vermelding van de
Breustermolen (Kapelkesstraat 66) dateert uit 1221. Het huidige gebouw - ondergebracht in een boerderijvleugel - kwam in 1791 tot stand in opdracht van B. Trocquay. Het waterrad is in 1932 vervangen door een verticale Girardturbine. De
Graanmolen of ‘Eijsdermolen’ (Molenstraat 1) wordt in 1321 voor het eerst vermeld. Het huidige molengebouw - een als korenmolen ingerichte onderslagmolen - werd in 1788 opgericht maar in 1856 (grotendeels) herbouwd. Bij de restauratie in 1979-'80 heeft men in de Voer een vistrap aangebracht. De voorm.
houtzaagmolen (Graaf de Geloeslaan 10) is de onderste watermolen, waarvan de eerste vermelding uit 1317 stamt. De huidige molen annex molenaarswoning werd in 1729 deels in mergelsteen opgetrokken. De noordelijke uitbreiding dateert uit de eerste helft van de 19de eeuw.