Hoogeveen, Woonhuis Brinkstraat 32-34
middenstandswoning
Brinkstraat 23 (1907). Jugendstil-invloeden zijn zichtbaar bij zijn ontwerp voor
Brinkstraat 20 (1908). Voor de in opdracht van de Bouwvereniging Hoogeveen tussen 1914 en 1920 tot stand gekomen Oranjebuurt leverde Carmiggelt niet alleen het stedenbouwkundige plan maar ook diverse woonhuisontwerpen. Van zijn hand zijn de eenlaagswoningen
Willemskade 26-40 (1920) en
Wilhelminastraat 1-67 (1914 en 1919); bij de laatste zijn de woningen uitgevoerd met topgevels en de straathoeken met tweelaags hoekpanden. Zelf ging hij wonen in
Wilhelminastraat 67. Behalve Carmiggelt was ook G. Hofman begin 20ste eeuw erg actief als architect in Hoogeveen. Hij maakte veelal ontwerpen met neorenaissance- en jugendstil-elementen. Van zijn hand zijn onder meer het voor de familie Kolthoff gebouwde huis
Hoofdstraat 68 (1903), het dubbele woonhuis
Brinkstraat 32-34 (1904), het notariskantoor
Hoofdstraat 70 (1906) en het huis
Hoofdstraat 170 (1908).
Tot de in Hoogeveen gebouwde vroeg-20ste-eeuwse huizen behoren de villa Pesserstraat 2 (circa 1910), met houten serre, en de dubbele woning Pesserstraat 4-6 (1919), voorzien van een terugliggend middendeel met portiek. Uit de jaren twintig dateren de eenlaagshuizen Bentinckslaan 87 en 89 (circa 1920), beide met mansardedak, het huis Hoofdstraat 98 (1923), met verdiepingserker, en enkele rond 1925 gebouwde huizen met mansardedaken, zoals het Wicher Siedershuis (Julianastraat 9), Willemskade 53-59 en Julianastraat 19. Rond 1930 gebouwde huizen met expressionistische invloeden zijn Pesserstraat 7 en 9 (1931), beide met paraboolvormige daken, en verder het als burgemeesterswoning gebouwde hoekpand Stationsstraat 19 en het huis Blankenslaan West 77; iets jonger is Bentinckslaan 18 (circa 1935). Zakelijk-expressionistische invloeden vertonen Stationsstraat 17 (circa 1930), Pesserstraat 13, Schutstraat 114 en Stationsstraat 16; de laatste drie kwamen rond 1935 tot stand. Langs de Bentinckslaan bouwde men vanaf circa 1930 vrijstaande en twee-onder-één-kap-woningen. Goede voorbeelden zijn Bentinckslaan 57 en 59 (circa 1930). Kort na de Tweede Wereldoorlog werden in een parkachtige omgeving de noodwoningen Blankenslaan Oost 2-8, Oostenrijkselaan 1-5 en Van Limburg Stirumstraat 13-17 gebouwd, een serie houten eenlaags woningen in diverse vormen en met hoge zadeldaken.
De voorm. spaarbank (Hoofdstraat 58) werd in 1900 gebouwd naar een ontwerp van J. Carmiggelt met neogotische details en een tot topgevel opgetrokken geveldeel.
Winkels. R.J. en J.P.A. Pet lieten in 1901 naar ontwerp van J. Carmiggelt het complex
Hoofdstraat 77-81 bouwen, bestaande uit een winkel in koloniale waren annex koffiebranderij en twee herenhuizen. Eveneens door Carmiggelt ontworpen zijn de winkel met café-woonhuis
Hoofdstraat 6 uit 1908 en de opvallende, in 1912 voor A.
Hoogeveen, Woonhuizen Pesserstraat 7 en 9
Dikkers gebouwde, eenlaags slijterij
Brinkstraat 22 in jugendstil-vormen met tegeltableaus en groengeglazuurde pilasters. Andere voorbeelden van vooroorlogse woon- en winkelpanden zijn het hoekpand
Wilhelminastraat 2-4 uit 1921 en
Hoofdstraat 172-174 (circa 1930) met zakelijk-expressionistische vormen.
De windmolen ‘De Zwaluw’ (Van Echtenstraat 47) is een achtkantige stellingmolen met een hoge bakstenen onderbouw en een met riet beklede romp en kap. Deze korenmolen werd na een brand herbouwd in 1834 door L.Q. Robard en K. Meeuwes met gebruik van de oude onderbouw uit circa 1714. De molen is in 1999 voor het laatst gerestaureerd.
Het voorm. pakhuis Hoofdstraat 227 is een vierlaags diep pand uit circa 1870 met gepleisterde voorgevel en rondboogvensters.
De voorm.
coöperatieve zuivelfabriek (Alteveerstraat 70), thans ‘DOC Kaas’, werd opgericht in 1894.
Hoogeveen, Slijterij Brinkstraat 22