Frederiksoord-Wilhelminaoord, Koloniewoning
Naamen van Eemneslaan 6 en
10 (Wilhelminaoord) en
Kon. Wilhelminalaan 49,
54,
56,
57,
58,
60,
62,
65,
67,
71,
73,
77,
85 en
88 (Frederiksoord en Wilhelminaoord).
Overige woningen. Waarschijnlijk in de kern nog uit circa 1820 daterend is het gepleisterde eenlaagspand Molenlaan 4 (Frederiksoord) met omlijste ingang. Aanvankelijk waren hier naast een dienstwoning enkele centrale voorzieningen ingericht, zoals een keuken, een magazijn en een spinzaal. Uit circa 1910 dateren de eenlaags huizen Maj. Van Swietenlaan 8 (Frederiksoord), met aanbouw onder lessenaarsdak, en Oranjelaan 4 (Wilhelminaoord), een gepleisterd huis met mansardedak. Het in 1910 als dokterswoning gebouwde, gepleisterde pand Maj. Van Swietenlaan 2 (Frederiksoord) is door R. van der Woerd ontworpen met chaletstijl-elementen. Rond 1915 tot stand gekomen is het woon- en winkelpand Maj. Van Swietenlaan 19 (Wilhelminaoord), een eenlaags dwars huis met hoger opgetrokken middengedeelte. Het rond 1925 gebouwde eenlaagspand Maj. Van Swietenlaan 24 (Frederiksoord) heeft een tot topgevel opgetrokken hoekgedeelte. Uit circa 1935 dateren de villa Maj. Van Swietenlaan 4 (Frederiksoord) en de woningen Burg. Wynoldyweg 4 (Frederiksoord) en Melissa (Burg. Wynoldyweg 6, Frederiksoord), beide met afgewolfd zadeldak.
Boerderijen. Van de grote boerderijen (hoeven) die in de jaren zestig van de 19de eeuw werden gebouwd tijdens de schaalvergroting in het landbouwsysteem van de kolonies zijn geen gave voorbeelden behouden. Bij de
Hoeve Prinses Marianne (Kon. Wilhelminalaan 33, Wilhelminaoord) is de hooischuur het enige restant van het oorspronkelijke boerderijconcept uit circa 1865, bestaande uit een langgerekte boerderij met aan twee zijden stallen, in het midden een dorsvloer en aan weerszijden hiervan hooischuren. Na een brand werd die boerderij in 1913 vervangen door de huidige kop-rompboerderij met langsdeel en haaks uitgebouwde koestal. Van de in 1864 opgezette
Hoeve Koning Willem III (Kon. Wilhelminalaan 64, Wilhelminaoord) resteren geen gebouwen uit de bouwtijd, maar wel een schuur met langsdeel uit circa 1900 en daarachter een kiemschuur, gebouwd in 1941-'42 voor de Coöperatieve Vereniging Kiemhuis, waarvan de Maatschappij aandeelhouder was. Begin 20ste eeuw werden diverse krimpenboerderijen gebouwd, zoals
Maj. Van Swietenlaan 13 (Frederiksoord; circa 1915),
M.A. van Naamen van Eemneslaan 2 (Wilhelminaoord; circa 1920) en
M.A. van Naamen van Eemneslaan 74 (Frederiksoord; circa 1920), de twee laatste met dwarsdeel en bakhuisje. Andere voorbeelden van moderne boerderijen zijn
Kon. Wilhelminalaan 61 (Wilhelminaoord; circa 1928) en
Maj. Van Swietenlaan 1 (Frederiksoord; 1929), beide met een dwarsdeel onder een steekkap. De met langsdeel uitgevoerde
Frederiksoord-Wilhelminaoord, Fabriek
moderne kop-rompboerderij
Sleekhorst (De Eese 5, Wilhelminaoord) kwam in 1939 tot stand naar ontwerp van B. Haveman.
Het voorm. fabrieksgebouw Kon. Wilhelminalaan 20-22 (Wilhelminaoord) is een fors tweelaags pand met hoekrisalieten, voorzien van schoudergevels. Het werd in 1900 gebouwd als manden- en mattenmakerij annex weverij ter vervanging van een afgebrande voorganger. In de aanbouw aan de achterzijde was een smederij ondergebracht.
De voorm. overslagstation van de NTM-tramlijn Steenwijk-Noordwolde (Kon. Wilhelminalaan 76, Frederiksoord), een langgerekt pand met zadeldak, dateert uit circa 1915.
De Koloniehof (Kon. Wilhelminalaan 87, Frederiksoord) ligt aan de rand van een 18de eeuws sterrenbos, behorend tot het huis Westerbeek, dat door de Maatschappij van Weldadigheid in 1818 werd uitgebreid met een productiebos. Hier staan tevens diverse in hout of baksteen uitgevoerde eenvoudige werkplaatsen en een in originele staat teruggebrachte koloniewoning die sinds 1998 het themapark Frederiksoord, land van Weldadigheid vormen.
De Alg. begraafplaats (Oranjelaan ong., Wilhelminaoord) is gesticht in 1829 toen de Amsterdammer Ph. Bousquet in zijn testament bepaalde dat hij de Maatschappij geld zou schenken als men hem in een van de koloniën wilde begraven. Zijn gedenksteen is niet meer aanwezig. Wel staat er een gietijzeren grafmonument voor mevr. D.E. van Ooster-