Wirdum (Wurdum)
(gemeente Leeuwarden)
Dorp, ontstaan in de middeleeuwen op een terp. Het vanouds voornamelijk over het water (Tjaardervaart, Nieuwe Vaart en Wirdumervaart) bereikbare dorp kreeg midden 19de eeuw een betere ontsluiting door middel van landwegen. De dorpsbebouwing verdichtte zich in de 19de eeuw en rond 1900 ontstonden lintvormige uitbreidingen langs de Legedyk en de Swichumerdyk. Na de Tweede Wereldoorlog is Wirdum verder uitgebreid.
De
Herv. kerk (Hof 14), oorspronkelijk gewijd aan St. Martinus, is een eenbeukige, aan de kopse zijden driezijdig gesloten, kerk met uitgebouwde kapel en een zuidtoren van drie geledingen met ingesnoerde spits. Blijkens aangetroffen restanten tufsteenwerk gaat de kerk mogelijk terug tot de 12de eeuw. In de 13de eeuw is de kerk in baksteen verbouwd en voorzien van de zogeheten Oenema-Camminghakapel aan de noordzijde en een uitbouw aan de zuidzijde. De zuidelijke uitbouw verving men al in de 14de eeuw door een toren, waardoor de kerk een tijd lang een west- en
Wirdum, Herv. kerk
een zuidtoren had. De oorspronkelijke westtoren is in de 17de eeuw gesloopt, waarna de kerk in 1716 onder leiding van Pieter Jansen de huidige driezijdige sluiting met gebeeldhouwd ingangspoortje kreeg. De zuidtoren is in 1806 beklampt en verhoogd en bevat een door Stephanus gegoten klok (1338), een klok van Jan Albert de Grave (1727) en een buiten gebruik gesteld torenuurwerk uit 1597. Van het middeleeuwse metselwerk zijn door latere vernieuwingen alleen nog delen zichtbaar aan de noordzijde van het koor en bij de noordkapel. De huidige kerkramen dateren uit de 19de eeuw. De kerk is recent gerestaureerd. Het kerkinterieur wordt gedekt door een houten tongewelf. Tot de oude inventaris behoren een door Van Dam gebouwd orgel (1790) met snijwerk van Jacob Swalue, een preekstoel, vier overhuifde herenbanken en twee geschilderde laat-18de-eeuwse wapenborden. Verder bevat de kerk diverse fraai gebeeldhouwde zerken uit de 16de eeuw en een zeer grote gebeeldhouwde zerk uit 1631 voor Junius van Eysinga.
De pastorie (Hof 1) is een fors eenlaags herenhuis met koetshuis uit 1875, gebouwd naar plannen van J.D. Bruns in eclectische vormen.
Woonhuizen. Het rond 1880 gebouwde eenlaags huis Greate Buorren 4 heeft een gepleisterde voorgevel met eclectische vormen en een verhoogde ingangstravee. Andere karakteristieke eenlaags middenganghuizen met vierkante plattegrond en verhoogde ingangstravee zijn Lytse Buorren 14-16 (circa 1870) en de rond 1890 gebouwde huizen Legedyk 1, Legedyk 2 en Legedyk 8. Uit die tijd dateert ook het woon- en winkelpand Greate Buorren 19, met pakzolder en aangebouwd koetshuis. In neorenaissance-vormen uitgevoerd is het huis Greate Buorren 2 (circa 1895). Naar een traditionalistisch ontwerp van D. Meintema kwam in 1913 het huis Legedyk 68 tot stand.
De voorm. melkfabriek (Kamp 1-3) bestaat uit enkele fabriekshallen met versierde makelaars en een directeurswoning met sierspanten uit 1891. Het complex was tot 1964 als melkfabriek in gebruik.
De familiebegraafplaats Eysinga (bij Loodijk 3), gelegen ten noorden van Wirdum, is in 1828 aangelegd voor F.J. van Eysinga († 1828) op een omgracht terrein waarop in de late middeleeuwen een stins stond van de familie Jouwsma en dat vanaf het midden van de 16de eeuw in bezit was van de familie Eysinga. De laatste bijzetting vond plaats in 1938. De begraafplaats is in 1992-'93 gerestaureerd.
Boerderijen. Ten westen van Wirdum liggen langs de oude Brédyk diverse interessante boerderijen. Het vroeger mogelijk bij een boerderij behorende pand Brédyk 26 heeft een klokgevel met rijk topornament in Lodewijk XIV- en XV-vormen, dat behalve een blind wapenschild ook het jaartal 1767 en de tekst ‘Barra Huis no. 74’ toont. De boerderijen Brédyk 30 (1861) en Brédyk 32 (1871; schuur circa 1935) hebben beide een dwars geplaatst voorhuis met souterrain en verhoogde ingangstravee en zijn voorzien van een vergelijkbare rijke eclectische detaillering. Dwars geplaatste voorhuizen met neorenaissance-elementen hebben de boerderijen Brédyk 20 (circa 1885) en Brédyk 34 (circa 1915).
Verder zuidwaarts, bij het dorp Wytgaard, ligt de omgrachte kop-hals-rompboerderij Fopma's Reed 1, waarvan het voorhuis is voorzien van gevelstenen met het bouwjaar ‘1760’ en de initialen van de stichters. Interessante boerderijen bij dit dorp zijn verder onder meer de kop-hals-rompboerderijen Hegedyk 4 (eerste helft 19de eeuw) en Noardein 1 (1874), ontworpen door K.R. Sybrandy, en de stelpboerderijen Oenemastate (Brédyk 215; circa 1830) en Hegedyk 3 (1923); de laatste met expressionische elementen.