Hollum, Vuurtoren (1976)
(1753),
Burenlaan 15 (1718),
Burenlaan 17 (1735),
Westerlaan 3 (1721),
Westerlaan 1 (1751),
Oosterlaan 21 (1728),
Oosterlaan 9 (1731),
Oosterlaan 30 (1760) en
Herenweg 12 (1779); de laatste met windveer. Voorbeelden van dubbele huizen zijn
Westerlaan 21, met de jaartalankers ‘1708’ (links) en ‘1710’ (rechts), en
J. Bakkerstraat 13 (1764). Huizen met een laagwand zijn
Oosterlaan 23 (1740) en
Oranjeweg 3-5 (1755); de laatste heeft een afscheiding met stukken van walviskaken. Bij
Zuiderlaan 9 (1744) en
Westerlaan 16 (1771) is de gevel asymmetrisch door het gedeeltelijk doorlopen van het dak aan de zijde van de gang (‘halve laagwand’). De traditionele wijze van bouwen vindt plaats tot ver in de 19de eeuw, zoals te zien is bij
Zuiderlaan 6 (1850) en
Oosterlaan 17 (1864). Niet eilands van karakter zijn de middenganghuizen
Burenlaan 21 (circa 1860) en
Burenlaan 43 (circa 1890); het laatstgenoemde pand is een voorm. onderwijzerswoning.
Recreatiewoningen. Aardige zomerwoningen uit circa 1930, voorzien van licht expressionistische details, zijn Bellevue (Badweg 45), met paraboolvormig dak, en Onder 't Stroodak (Oranjeweg 38).
Boerderijen. De oudste van de veelal in het dorp gelegen boerderijen stammen uit de 19de eeuw. Deze boerderijen hebben een voorhuis en een schuur met dwarsdeel. De deuren van de dwarsdeel kunnen terugliggen, zoals bij Zuiderlaan 12 (1850) en Burenlaan 16 (circa 1900), uitsteken, zoals bij Oosterlaan 14, of een dakvormige beeïndiging (‘schúntsje’) hebben, zoals bij De Blieke (Oranjeweg 40). Voorbeelden van modernere boerderijen zijn de stelpboerderij Burenlaan 25 (circa 1925) en Plantsoenstraat 1 (circa 1930).
Hotel de Zwaan (Zwaneplein 6) is een fors, sober neoclassicistisch pand met aangebouwd schuurdeel, gesticht in 1772 door Johannes Tjalling Swart. Het interieur bevat een herenkamer met oorspronkelijke bedstedenwand en een rococo-schouw met schoorsteenstuk.
Windmolen ‘De Verwachting’ (Molenweg 8) is een met riet gedekte achtkantige stellingmolen met houten onderbouw en een stelling op standvinken. De korenmolen werd in 1840 voor H.W. de Boer gebouwd door molenmaker Van der Meer. Na sloop in 1949 volgde nieuwbouw op de huidige plek in 1991.
De vuurtoren (Oranjeweg 57) bestaat uit een ronde conische romp van dertien bouwlagen, een dubbele balustrade en een lichthuis met koepel en draailicht. De uit gietijzeren elementen opgebouwde toren werd in 1888 uitgevoerd door gieterij Nering Bögel naar ontwerp van Q. Harder. Boven de toegang bevindt zich een gedenkplaat. Aan de voet staan vier vuurtorenwachterwoningen (Oranjeweg 45-55), waarvan drie uit 1880 en één uit 1886, alle vermoedelijk naar plannen van Q. Harder. De woningen zijn in 1978 gerenoveerd.