Hindeloopen, Raadhuis, Nieuwe Weide 1
bordes. De ingang is in 1823 verplaatst naar de huidige plaats. Boven de ingangsomlijsting bevindt zich een beeld van Justitia. Voor het bordes staat een replica van een kaak uit 1721. Aan de achterzijde staat een lage aanbouw uit 1965. Het gebouw is in 1919 tot museum ingericht toen het herenhuis
Nieuwe Weide 1 als raadhuis in gebruik werd genomen. Dit brede onderkelderde herenhuis, met ingangsomlijsting en voor- en achter een kroonlijst met timpaan in Lodewijk XVI-vormen, werd in 1795 gebouwd voor Auke Wiggerts. Het gebouw heeft tot 1984 als raadhuis gefunctioneerd.
Woonhuizen. Het Hindelooper woonhuis vanaf de 16de tot in de 18de eeuw vertoont enkele karakteristieke kenmerken. Zo hebben de diepe huizen schoudergevels voorzien van twee friezen met siermetselwerk. Voorbeelden hiervan zijn het herbouwde huis Kalverstraat 7 en de huizen Nieuwstad 21, met een 19de-eeuwse erker-uitstalkast, en Nieuweweg 12, met een 17de-eeuwse achtergevel en een in de 19de eeuw vernieuwde voorgevel. De twee laatste panden hebben een door een korfboog afgesloten deurnis; de bovendorpel van de deur is versierd met een accolademotief. Bij de grote woonhuizen hoorde aan de achterzijde vaak een kleiner zomerhuis (‘lyts hûs’). Deze zomerhuizen hebben ook een zadeldak tussen topgevels en een fries met siermetselwerk. Voorbeelden van dergelijke zomerhuizen zijn Nieuwstad 24 - achter het grote huis Nieuwstad 22 -, Nieuwstad 32 en Kalverstraat 4 (mogelijk uit 1724). Een ander Hindelooper kenmerk is het kruiskozijn waarvan het bovenste deel bestaat uit twee gemetselde boogjes met bakstenen penant en het onderste deel uit een houten (bol)kozijn. Een goed voorbeeld hiervan is Gebouw Irene (Nieuwstad 38) uit 1714, waarvan de vroegere achtergevel met dergelijke vensters bij een restauratie in 1938 naar de voorzijde is verplaatst. Van de karakteristieke, door Zaanse en Scandinavische voorbeelden beïnvloede, decoratieve afwerking van interieurs en meubels is weinig bewaard gebleven. In Nieuwstad 25 en Nieuwstad 44 zijn enkele 18de-eeuwse elementen behouden, zoals een beschilderde kastenwand, bedstedenwand en tegelbekleding. In het museum Hidde Nijland Stichting zijn reconstructies te zien.
Meer volgens de algemene stijlontwikkeling bouwde men in de 18de-eeuws klokgevels in de stad, zoals die van het pand Nieuwstad 12 (1764), met een bovenlicht in Lodewijk XVI-stijl, en Nieuwstad 15 (1794), met een in opzet 19de-eeuwse erker-uitstalkast. Rond 1850 gebouwd zijn de voorgevel van het diepe eenlaagspand Nieuwe Weide 5, met een mogelijk oudere kern, en het dwarse huis Nieuwstad 5. Een oudere kern heeft ook het blokvormige huis Nieuwstad 34, dat het huidige uiterlijk rond 1880 kreeg. Uit de tweede helft van de 19de eeuw dateren de arbeiderswoningen Vermaningssteeg 1-7 en Nieuweweg 2. Rond 1900 als onderwijzerswoning gebouwd is Schoolstraat 1. Het deels gepleisterde huis Nieuwstad 58 kwam rond 1910 tot stand met erker.
Hindeloopen, Sluiswachterswoning
Boerderijen. In Hindeloopen staan enkele stadsboerderijen, zoals de uit 1797 daterende stelpboerderij Nieuwe Weide 9 met aan de linkerzijde een melkkelder met opkamer. De voorgevel dateert uit de tweede helft van de 19de eeuw. Een ander voorbeeld is de stelpboerderij Tuinen 17, met een vermoedelijk 18de-eeuwse kern en een 19de-eeuwse voorgevel. De tegen de dijk aangebouwde stadsboerderij Nieuwstad 49 bestaat uit een 19de-eeuwse schuur en een in oorsprong 18de-eeuws woonhuis. Van de voorgevel uit circa 1870 ligt de verdieping iets boven straatniveau en is de toegang via een bakstenen trap met bordes bereikbaar.
De schutsluis in de Indijk (bij 't Oost 12) dateert uit de 17de eeuw. Over de sluis ligt een van oorsprong 18de-eeuwse houten ophaalbrug met ronde hamei.
De sluiswachterswoning ('t Oost 12) is een 17de-eeuws huis met op de nok een 19de-eeuwse houten klokkentoren met spits. Tegen de voorgevel is in 1785 een afdak op houten stijlen en met bakstenen zijmuren met banken geplaatst, de zogeheten leugenbank. Het gebouw heeft ook als visafslag gefunctioneerd. In de geveltop zit een in 1905 door T. Gerlsma vervaardigd reliëf met een voorstelling van Petrus' wonderbaarlijke visvangst.
De voorm. timmerwerkplaats met woning (Kleine Weide 1-3), thans het ‘1e Friesche Schaatsmuseum’, is een dwarspand met zadeldak tussen topgevels, gebouwd rond 1900. De baksteendecoratie in de topgevel is geïnspireerd op de 17de- en 18de-eeuwse Hindelooper woonhuizen.
Het reddingsboothuis ('t Oost ong.) is een houten gebouw met sierspant, uitgevoerd rond 1900.
Het badpaviljoen (Westerdijk 2) is een blokvormig gebouw in gewapend beton met lagere aanbouwen, alle met platte daken. Het paviljoen met jugendstil-elementen werd in 1913 gebouwd voor de ‘Badvereeniging Hindeloopen’.
De grenspaal (Oosterdijk ong.), gelegen ten oosten van de stad, is een lange hardstenen paal met als opschrift S.P.Q.H. (Senatus Populus Que Hindelopia). De paal werd in 1782 geplaatst op de grens van de ‘klokslag’ tussen Hinde-