Bakhuizen (Bakhuzen)
(gemeente Gaasterlân-Sleat)
Dorp, ontstaan in de 12de of 13de eeuw op een keileemrug. De komvormige nederzetting, die oorspronkelijke tot Mirns behoorde, maakte in de loop van de 18de eeuw een zelfstandige ontwikkeling door en werd een katholieke enclave. Na 1850 breidde Bakhuizen zich in zuidelijke en zuidwestelijke richting uit. Na de Tweede Wereldoorlog is de bestaande bebouwing verdicht.
De R.K. St.-Odulphuskerk (St. Odulphusstraat 67) is een pseudobasilikale kerk, voorzien van een driezijdig gesloten koor met zijkapellen en een doopkapel tegen de westtoren van vier geledingen met traptoren en ingesnoerde spits. De sobere neogotische kerk verrees in 1913-'14 naar ontwerp van W. te Riele, ter vervanging van een uit 1857 stammende voorganger. Het interieur wordt gedekt door netgewelven (middenschip) en kruisgraatgewelven (zijbeuken). Tot de neogotische inventaris uit het atelier F.W. Mengelberg behoren de kruiswegstaties met schilderwerk van M.C. Schenk (1880) en het hoofdaltaar (1915). Het orgel is gebouwd door de gebroeders Adema (1923; gerestaureerd in 1975). De gebrandschilderde ramen zijn vervaardigd door atelier F. Nicolas (1914). De muur- en gewelfschilderingen - met onder meer musicerende engelen, de kroning van Maria en de Kruisiging van Christus - zijn van J. Ydema (1935-'41).
Op het kerkhof (1900) bevinden zich onder meer een Calvarieberg met kruisiginggroep en enkele kruisvormige graftekens.
Woonhuizen. Het blokvormige eenlaags middenganghuis T. de Boerstraat 25 dateert uit 1865. St. Odulphusstraat 23 is een woon- en winkelpand met werkplaats uit circa 1905. Het winkelgedeelte heeft een topgevel met decoratieve dakrand. St. Odulphusstraat 35 is een eenlaags café-woonhuis met verhoogd middengedeelte uit circa 1910. Het rond 1930 gebouwde eenlaags woon- en winkelpand St. Odulphusstraat 2 is een hoekpand met afgeschuinde hoek.
Mirns (Murns). Dit gehucht ten zuiden van Bakhuizen, gelegen aan de vroegere Zuiderzeekust op de Mirnser Klif, wordt voor het eerst vermeld in de 12de eeuw. Op het kerkhof (Murnserdyk 24) van de in het midden van de 18de eeuw afgebroken kerk staat een wit geschilderde enkele houten klokkenstoel met schilddak. De klokkenstoel, die al in 1723 bestond, is na verwoesting in de Tweede Wereldoorlog in een lagere en bredere vorm herbouwd. Het eenlaags woonhuis Murnserdyk 12-14 uit 1882 vertoont neoclassicistische invloeden. De rond 1925 gebouwde stelpboerderij ‘Wielsicht’ (Wieldyk 9) heeft een melkkelder in het midden van het voorhuis. De kleine Amerikaanse windmotor bij de Wieldyk aan de IJsselmeerkust dateert uit circa 1920 en bestaat uit een vakwerk mast, een windrad met twaalf bladen en een windvaan.