van Hendricka van Bevervoorde (†1614), een midden-17de-eeuwse preekstoel en een door J.H. Holtgräve gebouwd orgel (1840).
De R.K. St.-Willibrorduskerk (Groenloseweg 3) is een driebeukige neogotische kerk met een toren van drie geledingen met naaldspits. De oorspronkelijk eenbeukige kerk verrees in 1868-'71 naar plannen van P.J.H. Cuypers uit een legaat van Th.J.M.H. baron van Dorth tot Medler. In 1937-'38 kreeg de kerk zijbeuken naar plannen van Joh.H. Sluijmer.
Het gebouw van de Vereniging van Evangelisatie (Barchemseweg 10-12) bestaat uit een zaalkerk (1885), een woonhuis (1907) en een dakruiter (circa 1920).
Het postkantoor (Julianaplein 8-9) is een fors, sober gebouw met expressionistische details, gebouwd in 1921-'22 naar ontwerp van het bureau van rijksbouwmeester H.Th. Teeuwisse.
De voorm. openbare lagere school A (Dorpsstraat 30) is een middengangschool uit 1883. De bijbehorende onderwijzerswoning (Dorpsstraat 32-34) uit 1898, werd rond 1920 omgebouwd tot woon- en winkelpand.
Het voorm. raadhuis (Kerkplein 10) dateert uit 1954 en is gebouwd naar plannen van J.C. Sprey in voor die tijd karakteristieke, traditionalistische vormen.
Huis Ruurlo (Vordenseweg 2) is een voorm. havezate, voor het eerst vermeld in 1326 en vanaf 1420 in bezit van het geslacht Van Heeckeren. Uit de 15de eeuw stamt mogelijk de kelder met graatgewelf (de oude keuken). Na het huwelijk van Joost van Heeckeren met Agnes van Haaften in 1571 werd begonnen met de bouw van een huis op L-vormige plattegrond met op de buitenhoek een forse paviljoentoren, die in 1572 gereed kwam. In de frontons met schelpvullingen boven de vensters zijn de vormen van de vroege renaissance nog te herkennen. Wigbold de Rode van Heeckeren liet in 1627 aan de noordoostzijde een slanke vrijstaande toren toevoegen. In 1727 begon Jacob Derk van Heeckeren met een modernisering van het huis, in 1728 voortgezet door zijn zoon Assueer. De torens kregen een barokke bekroning en de ingangspartij een pronkrisaliet in Lodewijk XIV-vormen. De dakruiter met klok (Christian Wilhelm Voigt) is uit 1760. Bij herstellingen in 1869 zijn twee traptorens aan de zuidvleugel toegevoegd. Het interieur bevat Lodewijk XIV-stucplafonds (1706 en 1717) en een weelderig stucplafond in Lodewijk XV-vormen (1750). Sinds de restauratie in 1982-'84 is het huis als raadhuis van de gemeente Ruurlo in gebruik.
In 1801 gaf W.H.A.C van Heeckeren aan J.P. Posth opdracht tot een parkaanleg in vroege landschapsstijl. Dit park werd in 1868 door J.D. en L.P. Zocher aangepast en in 1880 door C.E.A. Petzold gereorganiseerd. Op het terrein staan nog een koetshuis uit 1816, een koetsierswoning (Molenbos 5) uit 1902 naar plannen van W.S. Weatherly en een chauffeurswoning (De Boomkamp 2) uit 1926. Tot het huis behoort een watermolen op de Ruurlose Beek (Vordenseweg 2). Van de oorspronkelijk dubbele korenmolen uit 1783 resteren de beide, deels in vakwerk opgebouwde molenhuizen.
Woonhuizen. De voorm. Herv. pastorie,
Domineesteeg 14, is een statig neoclassicistisch pand uit 1890. Neorenaissancistische
Ruurlo, Huis Ruurlo, plattegrond
details hebben de dokterswoning
Roderloo (Groenloseweg 12) uit 1889 en de rond 1890 gebouwde huizen
Hipericum (Groenloseweg 14-16) en
Groenloseweg 7-7a, de laatste met boven de ingang het wapen van Ruurlo.
Wissinkpas (Groenloseweg 4), de rentmeesterswoning van Huis Ruurlo, kreeg in 1899 een verdieping. In chaletstijl uitgevoerd zijn de huizen
Gertrud (Domineesteeg 20) uit 1907 en
Drosera (Groenloseweg 2) uit circa 1910. De villa
Dennenoord (Barchemseweg 86) verrees in 1922 in ‘Um 1800’-vormen; een vereenvoudigde variant is
Domineesteeg 18 (circa 1930).
Het hotel-restaurant ‘Avenarius’ (Dorpsstraat 2) is een fors pand in chaletstijl, gebouwd in 1878 naar plannen van de Zwitserse architect N. Hartman als gasthuis van Huis Ruurlo. In 1893 kwam het in particuliere handen en lange tijd stond het bekend als ‘Het Wapen van Ruurlo’.
De windmolen ‘Agneta’ (Borculoseweg 36) is een hoge ronde stellingmolen, gebouwd in 1851 in opdracht van G.S.A. baronesse van Pabst van Bingerden als