Haren, Woonhuis Rijksstraatweg 342
(omstreeks 1908 - met fraai tegeltableau),
Liquenda (Rijksstraatweg 69, omstreeks 1910),
't Klaverblad (Rijksstraatweg 70, omstreeks 1912) en
Huize Welkom (Rijksstraatweg 59, omstreeks 1915). De villa
Weg voor de Jagerskampen 30 (omstreeks 1915) heeft details in chalet-stijl.
Huize de Kempenaar (Rijksstraatweg 240) is een imposant landhuis uit omstreeks 1910 naar plannen van G. Knuttel, dat - evenals het naastgelegen pand
Rijksstraatweg 242 - in de Hollands-classicistische variant van de ‘Um 1800’-stijl werd gebouwd. Eveneens in ‘Um 1800’-stijl uitgevoerd is de
Riethof (Ruitersteeg 3) uit omstreeks 1918. De rond 1924 gebouwde villa
De Dobbe (Rijksstraatweg 381) neigt naar de Engelse landhuisstijl. Op de overgang van de ‘Um 1800’-stijl en het expressionisme staan twee rond 1926 door A.R. Wittop Koning ontworpen villa's:
Rijksstraatweg 333 en
De Dilcht (Rijksstraatweg 17). Vooral villa's in expressionistische vormen zijn in Haren ruim vertegenwoordigd. Tot de meeste expressieve - met gebogen muurvlakken en grote rieten daken - behoren
Molenweg 18 (omstreeks 1925) en de
Lindenhof (Julianalaan 11, omstreeks 1930). Andere kenmerkende voorbeelden uit die tijd zijn
Weg voor de Jagerskampen 3,
Julianalaan 2-4 en
Westerse Drift 95. Uit 1930 dateren
Het Uilennest (Stationsweg 20), naar plannen van J.A. Boer, en
Terborgsteeg 4, naar ontwerp van A.W. Kuiler en L. Drewes. Kubistisch-expressionistisch van karakter is
Rijksstraatweg 342, het woonhuis dat E. Reitsma in 1928 voor zichzelf ontwierp en dat wel ‘het
fortje’ werd genoemd. De uitbreiding aan de zijkant is van de hand van zijn zoon, L.H. Reitsma. Soberder van vorm, maar nog wel kubistisch-expressionistisch van vorm zijn
't Zunneke (Rijksstraatweg 353) en
Terborghs Hof (Rijksstraatweg 215), beide uit omstreeks 1930. De villa's
Dilgtweg 6 (omstreeks 1936) en
Lutsborgweg 56 (omstreeks 1938) tonen het voortzetten van de expressionistische traditie.
Het tuindorp Onnen (Tuindorpweg e.o.) werd in 1920 aangelegd voor spoorwegpersoneel van het in de nabijheid aangelegde rangeerterrein Onnen. Voor de eerste twee fasen werd Ph.J. Hamers als architect aangetrokken en voor de laatste fase, die rond 1936 gereed kwam, H.A. Pothoven. Het tuinontwerp werd verzorgd door J. Vroom.
Boerderijen. In het dorp staan diverse interessante boerderijen. Goede voorbeelden van kleine hallenhuisboerderijen met dwarsdeel en baander in een versmald schuurdeel - het zogeheten Gorechtse type - zijn Lutsborgsweg 68 en 69, beide gebouwd rond 1880. Hemnik (Lutsborgweg 73) is een kleine hallenhuisboerderij uit 1868 met schuurgedeelte en baander aan de voorzijde. De tot woning verbouwde boerderij Lutsborgsweg 74 is van het hallenhuistype met dwarsdeel en naar achteren liggende baander. De boerderij Rijksstraatweg 10 heeft een midden-19de-eeuws dwars voorhuis en een omlijste ingang. De Laankamp (Rijksstraatweg 73) is een goed voorbeeld van een moderne Oldambster boerderij met dwars gebouwd voorhuis in expressionistische vormen uit 1926.
De voorm. vervenerswoningen Meerweg 217-219 werden waarschijnlijk in de eerste helft van de 19de eeuw gebouwd. Ze vormen een langgerekt eenlaags, met riet gedekt gebouw met vlechtingen in de topgevels. De huisjes hebben later mogelijk ook dienst gedaan als vissershutten.
Windmolens. De hoge, ronde en geheel gepleisterde bakstenen stellingkorenmolen
De Hoop (Rijksstraatweg 133) werd gebouwd in 1843 als oliemolen voor J. Pieters. De molen en omringende bedrijfswoningen zijn in 1961 gerestaureerd. Molen
De Helper (bij Hoornsedijk 8), gelegen ten westen van Haren, is een met hout beklede bovenkruier op veldmuren, voorzien van een
Haren, Theehuis
vijzel. Deze poldermolen werd in 1863 gebouwd door molenmaker P. Medendorp en bemaalde oorspronkelijk de polder Helpman. Hij is in 1970-'71 op zijn huidige plaats herbouwd.
Het tolhuis (Onnerweg 49) werd kort na 1848 gebouwd, nadat men de weg naar Zuidlaren had verhard. Het pand met versmald voorhuis heeft karakteristieke gesneden windveren.
Het gemeentelijke drinkwaterbedrijf (Oosterweg 107) werd in 1907 gesticht door de gemeente Groningen. Het complex bestaat uit enkele in 1910-'11 opgetrokken gebouwen: een filtergebouw, een pompstation, een machinegebouw annex kantoor en een dubbele dienstwoning. Het functionalistische, in gewapend beton uitgevoerde voorzuiveringsgebouw dateert uit 1935. In het machinehuis staat een grote dieselpomp, vervaardigd in 1932 door de firma Stork.
Wachthuisjes. Het houten tramwachthuisje (bij Rijksstraatweg 226) werd rond 1910 gebouwd voor de Tramweg-Maatschappij Zuidlaren-Groningen, die hier van 1891 tot 1919 een halte had. Het bakstenen buswacht- annex trafohuisje (Rijksstraatweg 326) dateert uit 1926 en heeft sobere expressionistische vormen.
Het viaduct (Viaductweg ong.) over het tussen 1916 en 1920 aangelegde rangeerterrein Onnen werd in 1920 gebouwd en bestaat uit twee in ijzeren vakwerkconstructie uitgevoerde brugdelen die door een pyloon met elkaar zijn verbonden.
Het theehuis (Meerweg 225) werd in 1908 voor J.E. Scholten gebouwd. Het houten huis was oorspronkelijk op palen gebouwd en werd daarom wel de ‘Paalkoepel’ genoemd. Vanaf het terras is er