Sint-Jansklooster
(gemeente Brederwiede)
Wegstreekdorp, ontstaan bij het in 1398 gestichte franciscanerklooster St.-Janskamp, dat lag op de grens van de hogere kloosterkampen en het lagere veengebied van de Wieden. Het klooster werd in 1581, bij de belegering van Steenwijk, verwoest en uiteindelijk geheel gesloopt na de watersnood van 1775-'76. De bebouwing langs de Kloosterweg werd in de 19de eeuw langs de Molenweg uitgebreid. Dit dorp van turfmakers en landarbeiders werd in 1835, 1854 en 1895 door branden geteisterd. In 1965 is een moderne Geref. kerk, naar ontwerp van A.C. Nicolai, in de plaats gekomen van de iets verderop gelegen en inmiddels gesloopte kerk uit 1897.
De Herv. kerk (Molenstraat 33) is een eenvoudige, op een schoolgebouw gelijkende, zaalkerk uit het einde van de 19de eeuw.
De pastorie van de Geref. kerk (Kloosterweg 1) is een fors L-vormig pand uit omstreeks 1910.
Windmolens. De
Monnikenmolen (Molenstraat 1) is een achtkante stellingmolen met bakstenen voet en een
Sint-Jansklooster, De Monnikenmolen
met riet gedekte opbouw. In aanleg gaat deze korenmolen terug tot 1780, maar in zijn huidige vorm dateert hij uit de 19de eeuw. Na omstreeks 1939 te zijn onttakeld kreeg de molen in 1995-'97 opnieuw een stelling, kap en wiekenkruis. Nabij het bezoekerscentrum van het natuurreservaat ‘De Wieden’ staat een
paaltjasker (Veneweg ong.) uit 1968.
De watertoren (Barsbeek 6) is gebouwd in 1931 in opdracht van de Waterleiding Maatschappij Noord-Overijssel. De toren heeft een betonnen vlakbodemreservoir en een bakstenen omkleding met licht expressionistische details verwant aan die van de watertorens van Tuk en Raalte.
Leeuwte. Dit streekdorp ten noorden van Sint-Jansklooster ligt op de grens van de hogere Leeuwterkampen en het lager gelegen Leeuwterveld. Hier liggen fraaie en grote 19de-eeuwse bultrug- en dubbele-dwarsdeelboerderijen. De bultrugboerderijen worden gekenmerkt door een in elkaars verlengde liggend lager woongedeelte en een hoger bedrijfsgedeelte met centraal daarin een grondtas. Voorbeelden hiervan zijn Leeuwte 65 en Leeuwte 67. Nauw verwant daaraan zijn de dubbele-dwarsdeelboerderijen, ook wel boerderijen van het Vollenhoofse dwarsdeeltype genoemd. Hierbij is het bedrijfsgedeelte haaks op de weg gericht en komen aan beide kanten van een van de lange gevels de baanderdeuren van de dwarsdelen uit. Boven die deuren is de met riet gedekte kap opgelicht. Voorbeelden hiervan zijn: Leeuwte 47, 51 en 70.