Ootmarsum, R.K. kerk H.H. Simon en Judas, interieur (1974)
met gebruikmaking van ouder pijpwerk. Het onderging diverse wijzigingen in 1860 en 1870 en is in 1973-'74 gerestaureerd. Tot de in de kerk bewaarde kunstschatten behoort een bijzonder fraaie gotische monstrans uit omstreeks 1400, afkomstig uit het klooster Frenswegen bij Nordhorn (D.) en een eikenhouten Mariabeeld uit omstreeks 1500. Voor het overige dateert de inventaris grotendeels uit de 19de en de 20ste eeuw, waaronder kruiswegstaties (1849) door O. de Boer en werk uit het atelier van F.W. Mengelberg, zoals de neogotische Piëta, het triomfkruis (omstreeks 1870), het hoogaltaar (1871) en de preekstoel (1891). In de absis zitten drie gebrandschilderde ramen (1872) van atelier Nicolas; verder zijn er ramen van M. Weiss (omstreeks 1942) en J.A.C. Schoenaker (1973-'80).
De Herv. kerk (Ganzenmarkt 31) [2] is een eenvoudige, driezijdig gesloten zaalkerk met een statige zandstenen pilastergevel, bekroond door een houten koepelvormig torentje. De kerk is gebouwd in 1810, waarschijnlijk naar ontwerp van G. Hagels uit Gildehaus (D.). De kerk bevat een grafsteen voor Johan Dietrich von Heijden, heer van Ootmarsum, uit 1669, een classicistische eikenhouten preekstoel uit 1674, een koperen lezenaar uit de tweede helft van de 18de eeuw en een orgel uit 1781, dat is overgebracht uit de katholieke kerk.
Het klooster Maria ad Fontes (Oostwal 24) [3] is een omvangrijk, uit drie haaks geplaatste vleugels bestaand, kloostercomplex in expressionistische trant, gebouwd in 1935-'38 voor de congregatie van O.L.V. van Amersfoort. Een van de vleugels bevat op de verdieping de kapel.
Het raadhuis (Markt 1) [4] is kort na 1778 gebouwd naar ontwerp van Egbert Schrader en verving een 16de-eeuws raadhuis. Het gebouw heeft een zandstenen voorgevel, versierd met grove rococoornamenten en voorzien van het stadswapen. In 1840 werd op het schilddak een dakruiter geplaatst. Op de verdieping bevindt zich een eenvoudige rococoschouw uit de bouwtijd. Omstreeks 1966 kreeg het raadhuis een uitbreiding met vleugels in quasi-18de-eeuwse stijl.
Het voorm. postkantoor (Westwal 1) [5] is een blokvormig pand in eclectische vormen, gebouwd in 1880 naar plannen van J.H. Vos uit Almelo.
Woonhuizen. Het stadsbeeld van Ootmarsum wordt in belangrijke mate bepaald door een groot aantal in vakwerk opgetrokken, voornamelijk eenbeukige, akkerburgerhuizen, waarvan de oudste dateren uit de 16de eeuw. Zeldzaam zijn de vakwerkpanden met verdieping, zoals
Ootmarsum, Herv. kerk
het diepe huis
Marktstraat 7-9. Het houtskelet van nummer 9 dateert uit 1586. In de 19de eeuw werd dit huis verenigd met nummer 7, dat in 1613 werd gebouwd als eenlaags pand en in 1637-'38 een verdieping in vakwerk kreeg. De overige oude huizen zijn eenlaags. Het in 1532 gebouwde diepe pand
Kerkplein 10 heeft bakstenen gevels, een houten topgevel en een getoogde houten inrijpoort.
Ganzenmarkt 11 is een in vakwerk opgetrokken diep pand uit 1552 met een in de 20ste eeuw vernieuwde voorgevel.
Keerweer 2 (vroeger Kloosterstraat 1) is een breed vakwerkhuis uit 1562, met aan de achterzijde een inrijpoort met niendeurboog voorzien van een spreuk en het jaartal ‘1658’. Andere 16de-eeuwse voorbeelden zijn
Grotestraat 13 (omstreeks 1589) en
Grotestraat 15 (omstreeks 1590). Het laatste pand werd omstreeks 1800
Ootmarsum, Woonhuis Kerkplein 10 met links het Drostehuis