Kerspel-Goor, Huis Weldam
ionische pilasterstelling, kruiskozijnen en festoenen. Boven de in 1879 iets gewijzigde ingangspartij zijn de initialen van de in 1644 in het kraambed overleden echtgenote van Johan Ripperda aangebracht. De ribloze kruisgewelven en tongewelven in het souterrain kunnen in 1645 zijn aangebracht.
M.C. van Heeckeren van Wassenaer en haar man W.C. Graf von Bentinck lieten het huis na hun huwelijk in 1877 in de loop van een aantal jaren restaureren naar ontwerp van de Londense architect W.S. Weatherley. Het interieur kreeg betimmeringen in Lodewijk XVI-stijl en er werden oudere interieuronderdelen van elders ingebracht, zoals een gesneden eikenhouten trap (tweede helft 17de eeuw) en een ijzeren haard (1687), afkomstig uit het in 1888 gesloopte kasteel IJsselstein. In de bibliotheek bevindt zich een laatgotische schouw met twee wapenschilden, later voorzien van de wapens van Ripperda en De Vos van Steenwijk, de ouders van Johan Ripperda. In de linkervleugel bevinden zich een schouw en een stucplafond met putti die bloemslingers vasthouden, beide laat-17de-eeuws. Elders is stucwerk in neo-Lodewijk XIV-stijl aangebracht, uitgevoerd door P.L. Rieff. De vierkante en de achthoekige hoektorens aan de achterzijde dateren uit 1897 en 1899. Ze zijn opgetrokken naar een ontwerp van Weatherley uit 1886. Aan weerszijden van het voorplein staan bouwhuizen, waarvan de linker in 1676 en de rechter in 1681 werd gebouwd. Ze zijn bij een verbouwing omstreeks 1880 veranderd, waarbij de oorspronkelijke wapenstenen zijn verplaatst naar de beide zijvleugels van het landhuis. Het voorplein is afgesloten met een uit 1700 daterend hekwerk; de hekpijlers bij de toegang hebben bekroningen in vaasvorm, met wapens en initialen van het echtpaar Ripperda-Ripperda.
Het huis is omgeven door een 17de-eeuwse geometrische aanleg, die in de jaren 1885-'90 naar ontwerp van de Parijse landschapsarchitect E. André opnieuw werd ingevuld in neo-Lodewijk XIV-stijl met borders, een berceau (1886) en een doolhof. De uitvoering was in handen van H. Poortman.
Aan de overzijde van de oprijlaan ontstond in 1886 een ommuurde moestuin met daarin een onderkelderde, vijfhoekige oranjerie (bij Weldammerlaan 1) en een schuur. Ten westen van het huis situeerde men een ijskelder.
Op het landgoed staan verschillende dienstwoningen en bijgebouwen, zoals de boerderij annex het rentmeesterskantoor (Diepenheimseweg 114-120) uit 1880, het koetshuis met koetsierswoningen (Diepenheimseweg 110-112) uit 1884 naar plannen van C. Brink Evers uit Ellecom, de dienstwoningen ‘Raesfelt’ (Diepenheimseweg 106-108) uit omstreeks 1885 en Oude Goorseweg 36 uit 1890. De voorm. rentmeesterswoning (Weldammerweg 1), een L-vormig eenlaags gebouw in cottagestijl, werd in 1891 gebouwd naar ontwerp van W.S. Weatherley voor de tuinarchitect H. Poortman, die toen ook rentmeester van Weldam was. De werkplaats (Diepenheimseweg 104), een eenbeukig gebouw met zadeldak, is in