Monumenten in Nederland. Noord-Brabant
(1997)–Ton Kappelhof, Chris Kolman, Ben Kooij, Ben Olde Meierink, Nelleke Reijs, Ronald Stenvert– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 230]
| |||||||||||||||||||||||||
Heusden, Binnenstad
zijn waarschijnlijk in het begin van de 14de eeuw aangelegd. Het stratenpatroon binnen de ommuring, zoals aangegeven op de kaart van Jacob van Deventer uit circa 1550, is nog duidelijk herkenbaar: een hoofdstraat (Waterpoort-Hoogstraat-Botermarkt-Breestraat) en twee parallel daaraan lopende straten (de Putterstraat en Ridderstraat-Vismarkt-Stadshaven), doorsneden door enkele dwarsstraten. Na afwisselend onder het gezag van Brabant en Holland te hebben gestaan, werd Heusden in 1357 Hollands. Zowel strategisch als economisch had de stad een belangrijke positie. De Spanjaarden verwoestten Heusden in 1569. Jacob Kemp leidde de aanleg van vestingwerken (vanaf 1581). Het kasteel en de haven kwamen toen binnen de omwalling te liggen. In 1613-'20 werd de vesting verbeterd. Toen bracht men De Wiel, een bij een dijkdoorbraak in 1579 ontstane waterplas in het noordoosten van de stad, binnen de versterking. In de Tachtigjarige Oorlog was de vesting een belangrijk bruggehoofd en in 1673 werd Heusden het zuidelijkste steunpunt van de (Oude) Hollandse Waterlinie. Tussen 1700 en 1730 verbouwde men de vesting volgens het Nieuw-Nederlandse stelsel, waarbij men de hoornwerken slechtte. In 1814 kwam Heusden bij Brabant en in 1816 verloor het zijn vestingstatus. Na 1840 werden de wallen afgegraven en de poorten gesloopt. Met de opheffing van het garnizoen in 1874, ging het inwoneraantal nog verder achteruit. Op de in 1900-'04 gedempte binnenhaven ontstond het Wilhelminaplein, terwijl langs de Bergse Maas een conservenfabriek (westzijde) en een scheepswerf en machinefabriek (oostzijde) ontstonden. In 1944 richtten terugtrekkende Duitse troepen zware schade aan door de torens van de Herv. kerk en het stadhuis op te blazen. Na de oorlog verrees in de zuidwesthoek van de stad een nieuwe woonwijk (1949-'51) en er bestonden plannen om de zwaar gehavende stad verder te slopen. In 1968 begonnen evenwel een grootscheeps stadsherstel en een reconstructie van de vestingwerken en de haven naar de situatie bekend van de kaart van Johan Blaeu uit 1649. Onder leiding van A. Peetoom werden gaten opgevuld met ‘invulwoningen’ in historiserende stijl, in schaal en grootte aangepast aan de oude bebouwing. Bestaande woonhuizen werden (ingrijpend) gerestaureerd. Het historische stadsbeeld werd verder versterkt door de sloop van enkele wederopbouwwoningen, de reconstructie van het kasteel en de herbouw van het commiezenhuis, twee stadspoorten en drie molens. De reconstructie van de sinds 1972 beschermde binnenstad van Heusden sloot men in 1984 af. De stad is zelf een monument geworden van een reconstruerende restauratievisie. De Herv. kerk (Kerkstraat ong.) [1] | |||||||||||||||||||||||||
[pagina 231]
| |||||||||||||||||||||||||
Heusden, Stad met vestingwerken
is een driebeukige gotische basiliek met driezijdig gesloten koor, noordtransept en transeptachtige dwarskapel aan de zuidzijde. De toren werd in 1944 opgeblazen en daarbij ging één travee van het middenschip verloren. Bij de restauratie van de zwaar gehavende kerk in 1953-'54 herbouwde men die travee en ontstond een nieuwe westgevel. De geschiedenis van de oorspronkelijk aan St. Catharina gewijde kerk gaat waarschijnlijk terug tot 1210. In 1328 en 1406 volgde vergrotingen, waarna in 1550-'55 de noordelijke zijbeuk en het noordtransept tot stand kwamen, uitgevoerd in baksteen met natuurstenen speklagen. De gevel van het noordtransept heeft in de top teruggemetselde casementen met restanten van beeldhouwwerk. De noordbeuk, waarvan twee traveeën zijn overgebleven, is een voorbeeld van wat het Haagse hallentype genoemd wordt. Elke zijbeuktravee is met een topgevel verhoogd om een groot venster te kunnen plaatsen en heeft een tongewelf haaks op het middenschip. Na schade door de stadsbrand van 1569, volgde herbouw en ingebruikneming als Herv. kerk in 1587. De 16de-eeuwse aanbouw aan de zuidzijde van het koor verbouwde men toen tot consistoriekamer. De herbouw van het koor werd in 1637 afgesloten. Inwendig is de kerk overdekt met houten tongewelven. Tussen de beuken bevinden
Heusden, Herv. kerk, interieur
zich achtkantige pijlers en scheibogen. In de koorsluiting staat het marmeren grafmonument van gouverneur Johan Theodoor van Friesheim († 1733) - tijdens zijn leven in 1728 geplaatst - | |||||||||||||||||||||||||
[pagina 232]
| |||||||||||||||||||||||||
Heusden, Postkantoor (1993)
naar ontwerp van Jacob Marot en vervaardigd door J.B. Xavery. Het orgel, afkomstig uit de Broederkerk te Zutphen, werd in 1828 gebouwd door de firma R.A. Lohman en Zn. uit Groningen. In het koor staan drie klokken opgesteld: één uit 1334, tijdens de restauratie onder de grond gevonden, de overige uit 1506 (gegoten door Gerard van Wou) en 1518 (gegoten door Wilhelmus en Jasper Moer). In koor en schip liggen 17de- en 18de-eeuwse grafzerken. De Geref. kerk. (Gasthuisstraat 3) [2] is een eenvoudige zaalkerk met een gepleisterde voorgevel voorzien van rondboogvensters. Kerkmeester M. van der Mooren legde in 1865 de eerste steen. De R.K. St.-Catharinakerk (Hertogin Johanna van Brabantstraat 3) [3] is een basilicale kerk met voorportaal. Een achtkantige toren en een achtkantige doopkapel flankeren haar. De kerk verrees in 1949-'50 in de vormen van de Bossche School, naar plannen van N. van der Laan en W.A.J. Hansen, ter plaatse van een in 1944 verwoeste kerk uit 1840-'41 van H. Swarze. Het Gouverneurshuis (Putterstraat 14-16) [12] is een groot huis uit 1592, diep achter een poort gelegen. Het heeft een zadeldak tussen trapgevels. In 1733 werd het verbouwd tot woning van de gouverneur van Heusden, J.T. van Friesheim. In het begin van de 19de eeuw volgde een nieuwe verbouwing en na de laatste restauratie (1963) is het museum. St.-Jorisdoelen (Putterstraat 42-42a) [4]. Dit eenvoudige, gepleisterde dwarshuis met zadeldak is waarschijnlijk vroeg-17de-eeuws. In 1667 en 1859 is het pand ingrijpend verbouwd. Bij de restauratie in 1968 heeft men de gevelsteen uit circa 1600, voorstellende St. Joris en de draak, weer ingemetseld. De visbank (Vismarkt ong.) [5] is een bakstenen gebouw uit 1796, bestaande uit een open U-vormige galerij met hardstenen dorische zuilen, geflankeerd door zijgebouwen. Aan de rechterzijde staat een reconstructie van het in 1904 gesloopte commiezenhuis. Het postkantoor (Botermarkt 2) [6] werd in 1893 in neogotische stijl gebouwd. Aan de Botermarkt heeft het een trapgevel en aan de Pelsestraat een torenvormige uitbouw in vakwerk. Het stadhuis (Pelsestraat 17) [7] is een sober bakstenen gebouw uit 1955-'56 met hoog souterrain, bordestrap en gedeeltelijk opengewerkte klokkentoren. N. van der Laan en W.A.J. Hansen maakten het ontwerp. De uit 1588 stammende voorganger ter plaatse werd in 1944 verwoest. De kasteelruïne (Hertogin Johanna van Brabantstraat 1) [8] is een vrije reconstructie op oude fundamenten van het kasteel van de heren van Heusden dat tot de 12de eeuw teruggaat. Het in de 14de en de 15de eeuw uitgebreide kasteel kwam in 1579 binnen de vesting te liggen; uiteindelijk diende het als munitiedepot. Een ontploffing in 1680 maakte een einde aan het kasteel. De reconstructie werd uitgevoerd in 1987-'88. Woonhuizen. Heusden is in essentie een (17de-eeuwse) Hollandse stad en bezit nog veel oude, diepe panden. De meeste huizen zijn sedert de jaren zestig van de 20ste eeuw gerestaureerd. Ze dateren vrijwel alle van na de ombouw tot vestingstad in 1581-'89. De panden Engstraat 6, Engstraat 2 en Engstraat 4, het eerste met het jaartal 1583 in muurankers en de laatste twee met geprofileerde korfboogvormige ontlastingsbogen, zijn hier voorbeelden van. Ook de bijzonder rijk bewerkte voorgevel van Hoogstraat 4 heeft deze vorm van ontlastingbogen, maar tevens boogtrommels met metselmozaïek. Dit pand uit omstreeks 1600, is voorzien van een topgevel in rode en gele baksteen met in- en uitgezwenkte gevelvorm, onderaan eindigend in een naar binnen draaiende voluut, kenmerkend voor de maniëristische architectuur. De ingang bevond zich in de gang aan de zijkant, die in het begin van de 19de eeuw werd overbouwd. De huidige toegang stamt uit die tijd; de toenmalige vensters zijn bij restauratie in 1980 vernieuwd. Een ander rijk uitgevoerd pand is Putterstraat 1a, met in het interieur op de verdieping moer- en kinderbinten en consoles met ojiefprofilering. Het jaartal in de gevelsteen las men voorheen abusievelijk als 1521 in plaats van 1621. De vormgeving van de cartouche en de gevel duiden echter op een datering in 1621. De gevel, waarvan de top is verdwenen, wordt gekenmerkt
Heusden, Woonhuis Putterstraat 1a
| |||||||||||||||||||||||||
[pagina 233]
| |||||||||||||||||||||||||
door terugliggende vensters met driepasversiering in de boogtrommels van de verdieping en muurdammen die beneden ontspringen op zuiltjes en daarboven op kraagstenen in de vorm van een kopje. Dit maniëristische geveltype duidt men wel als ‘Dordtse gevel’ aan. Elementen hiervan zijn ook te vinden bij Ridderstraat 7 (begin 17de eeuw), Ridderstraat 23, uit 1605 met gevelsteen in cartouche, en Oudheusdensestraat 15, uit 1619 met in een cartouche de voorstelling van een hakbijl. Deze drie huizen hebben hun topgevels verloren en zijn vrij sterk gerestaureerd. Breestraat 13 dateert uit 1629 en heeft een topgevel met in- en uitgezwenkte vormen in gele baksteen. Tussen de verdiepingsvensters bevinden zich nissen. De onderpui dateert van de restauratie door A. Peetoom in 1970. Voor het huis staat een gedateerde, van elders afkomstige, stoepsteen uit 1571 met onder meer een leeuwenkop en krulwerk. Vismarkt 7 heeft een laat-maniëristische vormgeving, hetgeen te zien is aan de natuurstenen speklagen, maar meer nog aan de gekoppelde pilasters op de verdiepingen. Cartouches, met de datering 1638, tonen het voor die tijd kenmerkende kwabornament. Omstreeks 1830 maakte de oorspronkelijke trapgevel plaats voor een ver uitstekende, rechte kroonlijst. Toen en bij de restauratie in 1985 zijn de vensters gewijzigd. Voor het huis staan twee stoepstenen. Het Open Hof (Breestraat 10), een logement uit 1604, heeft nog wel zijn oude trapgevel. Andere panden met 17de-eeuwse elementen zijn: Oudheusdensestraat 5 (1619), Vismarkt 1 (omstreeks 1620) met trapgevel en Drietrompetterstraat 16 (omstreeks 1625). Stadshaven 2, Sterrestraat 7, Wittebroodstraat 11 en Wijksestraat 8 stammen alle uit het begin van de 17de eeuw, waarbij de
laatste twee nog niet zijn gerestaureerd. Een karakteristiek voorbeeld van een sterk gerestaureerd 17de-eeuws pand is Vismarkt 14. De trapgevel is uit de bouwtijd, maar de pui is een ontwerp van A. Peetoom (1969) en kenmerkt de toenmalige restauratievisie. Op een aantal plekken zijn aardige 17de-eeuwse gevelstenen te vinden: Breestraat 25 (‘in 't Paradijs’, met voorstelling van Adam en Eva), Stadshaven 3 (liggende figuur
Heusden, Woonhuis Hoogstraat 4
door wereldbol) en Herptsestraat 30 (in de zijgevel: ‘Nackt ben ik geboren, noch heb ick meer gewonnen dan verloren’). Voorbeelden van oorspronkelijk 17de-eeuwse pakhuizen zijn Nieuwstraat 10 en Hoogstraat 11. Het woon- en winkelpand Botermarkt 19 uit 1734 heeft vensters gevat in sieromlijstingen in Lodewijk XIV-stijl. De lijstgevel stamt uit 1812, het snijraam en de ramen met kleine roedenindeling zijn bij de restauratie in 1971 aangebracht. Wijksestraat 38 is een rijk woonhuis uit omstreeks 1750 met een gevel in Lodewijk XV-stijl voorzien van kroonlijst op sierlijke consoles, hardstenen stoeppalen en het alliantiewapen van de families Wendholt en Engelenberg. In het pand bevinden zich kelders uit omstreeks 1400. Breestraat 1, een herenhuis in empire-trant, dateert uit omstreeks 1790. Burchtplein 7 is een pand uit 1849 met waaierzwikken en hardstenen stoeppalen. Botermarkt 3 stamt uit omstreeks 1850 en heeft vroegneogotische deur- en vensteromlijstingen. Ook binnen zijn neogotische versieringen aanwezig. De lijstgevel wordt bekroond door een gietijzeren balustrade in dezelfde stijl. Achter de gevel van Putterstraat 48, uit omstreeks 1860, gaat een ouder maar ingrijpend verbouwd huis schuil. Een opvallende gevel, in opbouw vergelijkbaar met die van de Geref. kerk, heeft Putterstraat 11 uit circa 1865. Rond 1875 werden Hoogstraat 9 en het woon- en winkelpand Hoogstraat 12, met fraaie pui, gebouwd. Ook Engstraat 14 heeft een karakteristieke winkelpui uit die tijd, voorzien van pilasters met composiete kapitelen. De winkelpui van Botermarkt 9 stamt uit omstreeks 1885. Het statige woonhuis Hoogstraat 24, voorzien van een met leien gedekte kap met in zink uitgevoerde ovale dakramen, werd rond 1890 gebouwd. Het bijbehorende koetshuis (Hoogstraat 18) stamt uit dezelfde tijd. Omstreeks de eeuwwisseling werd er in Heusden niet veel gebouwd. Een noemenswaardige uitzondering is Waterpoort 18, een woonhuis uit circa 1906, opgetrokken in het voor die tijd moderne kalkzandsteen. Pomp. De gietijzeren stadspomp (Pompstraat ong.) werd omstreeks 1850 gegoten door de Haagse gieterij ‘De Prins van Oranje’. Windmolens. De drie open-standerdmolens bij de haven en De Wiel [9] zijn reconstructies. Hun plaatsing en vorm berusten op de kaart van Blaeu uit 1649. De molen bij het bolwerk aan de haven komt uit het Belgische Lommel. De molen, waarvan de constructie uit 1752 zou dateren, is in 1971 te Heusden gereconstrueerd door H. Beijk. De meer naar het noordoosten staande molen is in 1973 gebouwd door H. Beckers. Bij De Wiel maakte H. Beijk in 1974 een nieuwe molen ter plaatse van een in 1944 verwoeste stenen molen. Verdedigingswerken. Van de middeleeuwse stadsgracht, de Demer, bleef een deel als binnensingel behouden en is gereconstrueerd. Het torenachtige gebouwtje in de bocht van deze waterloop, de zogeheten Duiventoren, is een restant van de versterking uit 1355. Het herrees in 1984 op de fundamenten van een middeleeuwse muurtoren. Bij De Wiel is in metselwerk de plattegrond gereconstrueerd van de 15de-eeuwse Herptse poort. In moderne vormgeving is hierop het havenmeesterkantoor gebouwd (Putterstraat 92). De in 1579 door Jacob Kemp ontworpen verdedigingswerken - gewijzigd in 1613-'20 - omvatten een omwalling met acht bastions, een gracht met zes ravelijnen en daaromheen een enveloppe. Aan de | |||||||||||||||||||||||||
[pagina 234]
| |||||||||||||||||||||||||
Heusden, Verdedigingswerken met haven
rivierzijde behield men een gedeelte van de middeleeuwse ommuring. Voor de Veerpoort werd een klein stenen bastion aangelegd. De vesting werd in 1816 buiten gebruik gesteld. Een grote reconstructie bracht tussen 1968 en 1984 de verlande grachten en afgevlakte wallen terug in de midden-17de-eeuwse toestand. Verder herrezen de Veerpoort (ook Waterpoort genoemd) [10] en de Wijkse poort [11] op de oude fundamenten en herstelde men aan de zuidzijde van de stad een sortie. De in 1904 gedempte binnenhaven werd weer uitgegraven en kreeg een ophaalbrug over de havenmond. Door de veranderde hoogte van het Maaswater ligt de haven echter onnatuurlijk diep. Grenspaal. Bij de Wijkse poort bevindt zich een vierkante hardstenen paal met het wapen van Heusden en het jaartal 1785. |
|