Helvoirt
(gemeente Haaren)
Dorp dat in de middeleeuwen als beekdalnederzetting ontstond op de kruising met de weg van Tilburg naar Den Bosch, waar in het midden van de 12de eeuw een eerste kerk verrees. Kasteel Zwijnsbergen werd in 1559 het middelpunt van de heerlijkheid Helvoirt. De gunstige
Helvoirt, Herv. kerk, interieur (1969)
verkeersligging was in 1881 aanleiding voor de bouw van een (inmiddels verdwenen) station.
De
Herv. kerk (Van Grevenbroeckstraat 12) is een 15de-eeuwse gotische kruiskerk met driebeukig pseudo-basilicaal schip, driezijdig gesloten koor en westtoren met overhoekse steunberen en eenvoudige nissenversiering. Tijdens de restauratie van de kerk in 1966-'69 vond men sporen van een romano-gotische voorgangster uit omstreeks 1250. Omstreeks 1450 verving men het oude koor daarvan door het huidige. Kort daarna verrezen het dwarsschip en de toren, die aanvankelijk enkele meters vóór de oude westgevel stond. Ten slotte werd het oude schip verbouwd en uitgebreid tot tegen de toren. De twee topgeveltjes met steekkappen boven de zuider zijbeuk stammen waarschijnlijk uit 1732, toen volgens een inscriptie in een gording de kap boven de zuidbeuk werd vernieuwd. Koor, middenschip en dwarsschip hebben houten tongewelven. De knooppunten van de ribben en de kraagstukken onder de schenkels zijn versierd met gesneden koppen en rozetten. Op het koorgewelf bevindt zich een geschilderde voorstelling uit omstreeks 1525 van het Laatste Oordeel. Boven de scheibogen van het middenschip heeft men de sporen van de lichtbeuk van de romanogotische kerk zichtbaar gelaten. Het laatgotische eikenhouten oksaal, dat in 1872 werd verkocht, bevindt zich nu in het
Helvoirt, R.K. kerk St.-Nicolaas, interieur
Rijksmuseum te Amsterdam. De preekstoel met boogpanelen is 17de-eeuws en de koperen lezenaar en doopbekkenhouder stammen uit 1743; het orgel is vroeg-19de-eeuws. De grafzerken van Cornelis van Grevenbroeck, heer van Zwijnsbergen, zijn vrouw en kinderen stammen uit 1669 en 1682.
De R.K. kerk St.-Nicolaas (Kastanjelaan 16) is een driebeukige neogotische kruisbasiliek uit 1901-'03. Bij het ontwerp liet J. van Groenendael zich door de late Nederrijnse gotiek inspireren. Dit is te zien aan de zorgvuldig gedetailleerde hoge westtoren met zijn overhoekse, door pinakels bekroonde steunberen en zijn versiering van balustrades, boogfriezen en traceringen. Het interieur met kruisribgewelven en pijlers met bladkapitelen heeft nog de originele polychromie door J. Lommen (1914) en Emmanuel Preij (1916-'17). De tableaus boven de biechtstoelen en de beschilderde koperen kruiswegstaties zijn van de gebroeders Windhausen. Het neogotisch meubilair stamt uit de bouwtijd, zoals het imposante door H. van der Geld vervaardigde hoofdaltaar uit 1908.
Het raadhuis (Torenstraat 42) is een rechthoekig gebouw met middenrisaliet voorzien van fronton. De achtkante klokkentoren uit 1792 is ontworpen door A. van Erven. De uitbreiding dateert uit 1963.
Woonhuizen. Het dwarshuis Jachtlust (Torenstraat 45) met man-