stammen had leren kennen, besloot hij hun levenswijs na te volgen. Hij was even sterk en levenslustig als zijn Eskimo-vrienden en was van mening, dat wat zij konden presteren hij ook kon.
Dus nam hij zich voor een grote reis naar nog onbekende gebieden te maken zonder grote voorraden levensmiddelen mee te slepen. Wat hij en zijn mannen en honden onderweg nodig hadden moest het land zelf opleveren. Andere blanken, die in de buurt woonden, verklaarden dit voornemen als dwaasheid. Zij waren van mening dat beschaafde mensen, die een tocht van een jaar wilden maken door die volkomen verlaten streken genoeg levensmiddelen mee moesten nemen om minstens twaalf maanden op te kunnen teren. De commandant van de bereden politie op Herschel Eiland dreigde zelfs den onderzoeker uit Canada te zetten als hij zijn voornemen om zelfmoord te plegen, door er zonder voorraden op uit te trekken, niet opgaf. De wet, die de politie hiertoe de bevoegdheid geeft werd afgekondigd na de grote Yukon Goldrush in de jaren 1898 en 1899. In die tijd kwamen talrijke blanken van honger om, omdat zij niet voldoende levensmiddelen hadden meegenomen en niet bekwaam genoeg waren om door middel van de jacht in hun levensonderhoud te voorzien.
Die commandant wist natuurlijk niet, dat Stefansson een bekwaam jager was, die best in staat was voor zichzelf te zorgen. Hij stond dus volkomen in zijn recht toen hij