Nieuwe gedichten(1827)–A.C.W. Staring– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 126] [p. 126] aant. Vaderlandsch koorgezang. Op de wijs van ‘Patriam canimus’ Nederland, Vaderland; Diergeschat, heilig strand, Klink, van op- tot ondergang, Uwen Naam een lofgezang! Zuid en Noord heff' het aan; 't Galme voort langs de baan, Waar ge uw kielen talloos om ziet gaan. Hel en schoon straalt uw kroon: Uwer Kindren Eerekroon; Grootsch en schoon Praalt ze, als mannenmoeds, en vlijts, en wijsheids Loon! Ja, gij zijt Heilige Aard', Gij, die dit Pand bewaart: Zoo veel Roems, door zoo veel Deugd vergaard! Sta uwer Helden tal Naast uwen Koning pal, Schoon dreigende Scharen Haar duizenden paren, Gewapend tot uw val! Blijf vrij, o Nederland; Sterk door den Eendragtsband! Eindloos houde uw bloei en glorie stand! Vorige Volgende