Friesche lusthof
(1966-1967)–Jan Jansz. Starter– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 143]
| |
[91] Bruydt-Lofs-Gesanghaant.Ter eeren Dr Gaivs Navta, Secretarius ter Stede Sneeck, Ende Tietskia Gualteri.Ga naar voetnoot*Stemme: L'Avignone, &c. Fol. 26.
1.
Nu Bruygom schilt vry uytGa naar voetnoot1
U vreughden; vermits ghy Leeuwards schoonste Bruyd,
Haer hebt onthaelt, daer sy op praelt,Ga naar voetnoot3
Iae, die van d'Hemel scheen gedaelt,
5[regelnummer]
Wiens gaven, wiens haven, wiens le'en, wiens re'enGa naar voetnoot5
En brave ze'en,Ga naar voetnoot6
Wiens deftigheyd,Ga naar voetnoot7
Wiens kloeck beleyd,Ga naar voetnoot8
Wiens deughd so loflijck was verbreyd.Ga naar voetnoot9
2.
10[regelnummer]
Wiens voor-hoofd hoogh en breed,
Wiens Ooghjes, bruyn, helder, klaer, als een Magneet,Ga naar voetnoot11
Met booghjes net, so bruyn als get,Ga naar voetnoot12
Op 't cierlijckst sijn rondom beset,Ga naar voetnoot13
| |
[pagina 144]
| |
Wiens Wangen, ontfangen, altoos een bloos
15[regelnummer]
Gelijck een roos,
Wiens wesen soet,Ga naar voetnoot16
Treckt elcks gemoet
Ghelijck de Seyl-steen 't yser doet.Ga naar voetnoot18
3.
Wiens Lipjes selfs de karsGa naar voetnoot19
20[regelnummer]
Verdoven in glans, al bloeytse noch so vars,Ga naar voetnoot20
En vol van gloor, daer schynen doorGa naar voetnoot21
Haer tandjes blancker als Yvoor,
Wiens leden, besneden, so braef, so gaefGa naar voetnoot23
Sijn, dat tot slaef
25[regelnummer]
Sy lichtlijck maeckt,Ga naar voetnoot25
Ia 't hart ontschaecktGa naar voetnoot26
Van die, haer schoonheyd slechts genaeckt.Ga naar voetnoot27
4.
Maer noch sijn aldermeest
Te loven, de gaven van haer groote geest,
30[regelnummer]
De witte deughd; daer sy haer vreughdGa naar voetnoot30
Wt schiep, in 't bloeyen van haer jeughd,Ga naar voetnoot31
Haer reden, haer seden, haer staet, gelaetGa naar voetnoot32
Daer sy me gaet,
Te boven veel,
35[regelnummer]
Iae meest geheelGa naar voetnoot35
De Dochters van dit Vriessche deel.Ga naar voetnoot36
5.
[92] Naer dit wit, hoogh geacht,Ga naar voetnoot37
Daer doelden elck na met gonst, met list, met kracht,Ga naar voetnoot38
Elck haer verkoor, maer, o Doctoor!Ga naar voetnoot39
40[regelnummer]
Ghy gingt alleenigh daer me door,Ga naar voetnoot40
| |
[pagina 145]
| |
U min dees Goddinne, dees Son verwon,Ga naar voetnoot41
Daer niemand kon
Met syn gepaerd,
Als ghy op aerd:
45[regelnummer]
Want Godt had haer voor u bewaerd.
6.
En ghy Vrouw-Bruydt, wel an,Ga naar voetnoot46
Weest vrolick, midts Godt soo wel-beroemden manGa naar voetnoot47
Aen u verbind, die soo besindGa naar voetnoot48
Is, en van yeder een bemind,
50[regelnummer]
So deftigh, soo treftigh geleerd, begeerd,Ga naar voetnoot50
En hoogh ge-eerd
Van wyse lie'n,
Die verre sien,
En syn verstand de eere bie'n.Ga naar voetnoot54
7.
55[regelnummer]
So sachtsinnigh van aerd,
So vreedsaem, so heusch, so zedigh, so bedaerd,
Versien met staet, tot eer en baetGa naar voetnoot57
Van hem, selfs by de Magistraet,
Die d'Heere met eere, met schat, ia watGa naar voetnoot59
60[regelnummer]
Oyt mensch besatGa naar voetnoot60
In 't aerdsche Dal
Versiet van al,Ga naar voetnoot62
Van deughd, van vreughd, van 's lichaems stal.Ga naar voetnoot63
8.
Nu toond u dan te saem
65[regelnummer]
Bly-geestigh; midts Godt u beyd voeght so bequaem,Ga naar voetnoot65
En aldermeest, op dese Feest,
Van ganscher harten vrolick weest:
| |
[pagina 146]
| |
Weest rustigh, weest lustigh, en ghy weest vry,Ga naar voetnoot68
O Gasten bly:
70[regelnummer]
Sa lustigh! kom:Ga naar voetnoot70
Drinckt dit eens om,Ga naar voetnoot71
Op d'heyl van Bruydt en Bruydegom.
La Durette:aant.
En word het glaesjen lichter,
So vuld het wederom;
75[regelnummer]
En drinckt op de gesondheyd om:
Dan oock van uwen Dichter,
Die u sal doen bescheyd,Ga naar voetnoot77
Trots eenigh Sneecker Meydt.Ga naar voetnoot78
|
|