Het lust-hof der zielen, beplant met verscheiden soorten van geestelijke gezangen
(1681)–Claes Stapel– Auteursrechtvrij
[pagina 731]
| |
Voiz: Gelijk den Salmander in 't vuur.1. VErgoode Geest, van ons naar God gevloogen,
In 't on-toe-ganlijk licht,
't Paleis van God gesticht
Tot zaaligheid, mijn Geest blijft op u oogen;
Streefd ook naar God; wenscht d' aard te zijn ontoogen.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
2. Mijn ziel, o God! poogd Heemel-waart te stijgen.
In 't on-toe-ganklijk licht:
('t Paleis van U gesticht)
Om 't zaalig heil in 't geestlijk oog te krijgen,
Vliegtz' als om hoog, doch komt sta'ig neederzijgen
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
3. Vernoeg u ziel, zoo lang' g' op aard moet woonen,
In 't oogen Heemel-waart,
Op grootheid en op d' aart
Van 't heil-genot, 't genot van Gods beloonen:
En in de hoop van t' erven 's Heemels kroonen.
O! heerlijk zaalig leeven!
| |
[pagina 732]
| |
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
4. De grootheid schijnt met Goddelijke straalen
Door 't prachtige beslag,
Van d' alder-jongsten dag;
Als uit Gods throon Gods Zoon zal needer-daalen,
Om zijne bruid voor Gods gezicht te haalen.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
5. Want Christus zal als Heer van alle Heeren,
En God van alle Goo'n
Met al zijn Heemel-boo'n,
Vol Majestait van Goode weeder-keeren;
Om 't heilig volk, als zijne bruid, te eeren.
O! Heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
6. Hy zal zijn bruid (zoo is van God geswooren)
Met juichende gedruis,
Naar 's Heemels hooge huis,
Op-voer'n; om van zijn heil'ge uit-verkooren
In 't paradijs Gods eeuw'gen lof te hooren.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
7. O heerlijkheid o grootste pracht der prachten!
Gy toond wat God vermag,
't Oneindigen gezag,
Zijn Majestait, zijn macht, jaa al Gods krachten.
't Besluit dat wy 't volmaakte heil verwachten.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
8. Den aar 't van 't loon, doet al wat schoon is swichten,
Om dat, in Gods paleis,
| |
[pagina 733]
| |
De werking van het vleis
Geen duisternis, niets onvolmaakts zal stichten:
Wijl 't vleesch verdwijnd als God, is in 't verlichten.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
9. Daar zal de Geest, vergoodet op het meesten,
In 't God'lijk paradijz,
Op geestelijke wijz,
Met God, Gods zoon, met al de Heemel-geesten,
In vreugden zijn, of Iesus bruilofts feesten.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
10. Dan zal de ziel Gods eeuwige naatuure,
Zijn leeven, grootheid, kracht,
Zijn wijsheid, goedheid, macht,
Heel nau bezien, en 't zien zal eeuwig duuren.
Met oogen, als van held're Heemel-vuuren.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
11. Als Gods naatuur het voor-werp is van 't weeten,
En weetenschap van God
Het hoogste heil-genot
Des Geestes is, dan is klaar af te meeten,
Dat zulk geluk volmaakt geluk moet heeten.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God sal zijn verheeven.
12. De Heemel-God is d' oorzaak aller dingen;
Die zijn naatuur dan kend,
Diens weeten heeft geen end;
Want zulken God is niet bepaald in kringen:
Dit 's hoogste heil voor Goodes gunstelingen.
| |
[pagina 734]
| |
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God al zijn verheeven.
13. Men heeft geen stof van hooger heil te denken;
Wijl God, die alles heeft,
Daar alles over-geeft;
Iaa ook zich zelf aan onzen Geest zal schenken:
Wijl immer-meer geen ramp dat heil zal krenken.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
14. O! hoog geluk! Van God voor ons beschooren:
Mijn ziel nu al verlangd,
Datz' u van Hem ontfangt;
En bid haar God datz' ook mag zijn verkooren,
Om Hem te zien, en ziende werd verlooren.
O! heerlijk zaalig leeven!
Als onzen Geest by God zal zijn verheeven.
J.B. |
|