Het lust-hof der zielen, beplant met verscheiden soorten van geestelijke gezangen
(1681)–Claes Stapel– Auteursrechtvrij
[pagina 572]
| |
Op de wijze: Ik heb gezien den tijd. Ofte: Edel artisten koen.1. OCh vrienden als gy gaat,
Uw hert moet gy hier laaten,
Want zoo gy ons verlaat,
Wat zal ons by-komst baaten:
Zoo gy gaat uwer straaten,
Naa d' algemeine loop,
'k En kan 't niet anders vaaten,
Of 't waar een diere koop.
2. Wy hebben onzen tijd,
Zoo zoetelijk gesleeten,
Tot der zielen profijt,
De reeden uit-gemeeten;
Zoud gy ons zoo vergeeten,
Als elk nu keert in 't zijn,
Dit moet gy van ons weeten,
't Waar ons een groote pijn:
3. Het zou ons schijnen toe,
Of onz gemeinschap heeden
Niet dienen zou in 't goe,
Zoo wy geen blijk en deeden,
Van liefde, en van vreeden,
En zoo wy zomtijds ziet,
Elk een in zijn gebeeden,
Malkander dienden niet.
4. Bevoolen zijt den Heer
Och! mijn lieve beminden,
| |
[pagina 573]
| |
Gy zult nu neemen keer,
God wil uw herten binden,
En vreede laaten vinden
Voor zijn heilig aenschijn,
Op dat gy eens-gezinden
Meugt in der liefden zijn.
J.P.S. |
|