Het lust-hof der zielen, beplant met verscheiden soorten van geestelijke gezangen
(1681)–Claes Stapel– AuteursrechtvrijStem: Psalm xcj. Of: Gy die de naam van Christen draagd. Of:
| |
[pagina 412]
| |
Wy worden onze daagen quijt,
Die noit te rugge koomen.
De dingen op der aard, ook wy,
Zijn los en ongestaadig:
Den avond komt ons naader by,
Blijf by ons, Heer genadig!
3. Gy hebt uw goedheid deezen dag
Zoo rijklijk gaan betoonen.
Gy hoed en voed ons al Gy plag,
Uw gunst blijf by ons woonen.
Waar onze ooge neemt zijn keer,
Uw over-groote zeegen
Staat voor ons allezins, o Heer!
In alle onze weegen.
4. Maar als eens de gedachten gaan
Op al onz werk en handel
Wat al verzuimd is, of gedaan,
In onzen gantze wandel;
Hoe onze reek'ning met uw staat.
Wat vinden wy al schulden?
Hoe kond Gy, Heer! in zulken staat
Ons zoo lang-moedig dulden?
5. Wy bidden uwe Majestait
Kom toch met ons niet treeden
In 't rechte naa uw gerechtigheid:
Maar toon barmhertigheden,
Neem weg, dek onze miszedaad,
Vergeef al onze zonden,
Geneez de ziel van 't ergste quaad
Door Christus geest en wonden.
6. Houd over ons getrouwe wagt
Wanneer des lichaams oogen
De slaap bevangd in deeze nacht,
Op dat wy rusten moogen.
| |
[pagina 413]
| |
Laat d' Eng'len toch haar leeger-perk
Rond-om ons needer-zetten,
Verstoor den boozen, breek zijn werk,
Scheur zijn verborgen netten.
7. Voor moord, voor brand, voor dievery,
En ramp wild ons behoeden.
Dat de Verderver gaa voor-by;
Waak over ons ten goeden:
Bespreng de deuren van onz' hart
Met 't bloed des Lams vergooten:
Laat on-gelukken, krankheid, smart
Zijn buiten 't huis geslooten.
8. Wanneer dan, Heer! ons lichaam rust,
Doe toch de ziele waaken,
Dat die bereid in toe-gerust
Door Iesus by U naake;
Als dan de geest aan 's leevens end,
Zich in uw hand zal geeven,
Laat die in ruste van elend
En vreugde by U leeven.
H.U. |
|