Madrigalia
(1960)–Joannes Stalpaert van der Wiele– Auteursrechtelijk beschermdAanhangsel II
| |
[pagina 279]
| |
5.[regelnummer]
Zich schiint te jeugden recht als in vioolen.
O Vromen Salamander!
Die d'eene vlamme
Verwonnen heeft door d'ander.
(In margine:) Flammis su- / perari Chari- / tatis Christi / flamma non potuit: segnior / fuit Ignis / foris ussit, / quam in-/ tus accendit. / Leo Magnus / in Natal S. / Laurentij. / Siet hier bo- / ven in d'Eer- / spreucken.’ Het madrigaal van Luca Marenzio (a 6) waarnaar Stalpart verwijst, staat in Harmonia celeste, fo. 26v (eerder verschenen in Luca Marenzio's eerste boek zesstemmige madrigalen, 1581), waar het deze tekst heeft: 1.[regelnummer]
Qual vive Salamandra in fiamma ardente
E ne gioisce poi:
Cosi il mio core in voi
Che la sua fiamma sete assai lucente
5.[regelnummer]
Ardendo ha vita e duol' alcun non sente.
O che felice sorte:
Viver in fiamma e non haver la morte.
(1.[regelnummer]
Zoals de Salamander leeft in vlammend vuur,
En zich daarover dan verblijdt,
Zo ook mijn hart in U,
Die er de hel lichtende vlam van zijt:
5.[regelnummer]
O wat een gelukkig lot,
Te leven in vuur en er niet de dood te vinden.)
Stalpart zelf heeft dus niet de eigenlijke tekst van het madrigaal, maar een geestelijke, sterk gewijzigde versie ervan, misschien van de hand van Stalpart zelfGa naar voetnoot1. De letterlijke vertaling hiervan luidt:
ToscaansGa naar voetnoot2 madrigaal van Luca Marenzio toepasselijk gemaakt op Sint Laurens 1.[regelnummer]
Zoals de Salamander leeft in vlammend vuur
(Als waar is de uitspraak
| |
[pagina 280]
| |
Die de VeroneesGa naar voetnoot1 heeft opgeschreven),
Zo ziet men hier een man levend,
5.[regelnummer]
Die, geplaatst in vuur, geen pijn schijnt te voelen.
O wat een gelukkig lot,
Spelenderwijs te toeven in de vlammen
En te zegevieren over de Dood!
In het Vrouwelick Cieraet van Sint' Agnes versmaedt, blz. 68 evv., leest men: ‘Madrigael / Op de Noten van Gio Ferretti Come / poss'io morir. O Agnes Jonge Maegd
Maer griis van zinnen!
Den Heer hebstu behaegdt
Door zuiv're minne
Rein was den naeme diin;
Rein bistu oock gebleven.
Lam int Latiin /
Onnozel oock van leven.
O Agnes Jonge maegd /
Maer griis van zinnen:
Den Heer hebstu behaegdt
Door zuivre minne’Ga naar voetnoot2.
Het bedoelde madrigaal, Come poss'io morir, vindt men in: Canzone alla Napolitana a cinque voci, dell' eccellentissimo musico Giovan Ferretti. In Vinegia MDLXVIII (Vogel, Bibliothek I, blz. 230); ook in: Liber secundus gemmae musicalis, Noribergae, M.D. LXXXIX (Vogel., ib., II, blz. 452). In het Gulde-Jaer, blz. 12 evv., staat 'T Verlooren Kind, Cantus a 4 (zie blz. 185 evv.). Er staat muziek bij afgedrukt, ondanks het Cantus a 4 éénstemmig slechts; de herkomst ervan wordt niet meegedeeld. Het is, behoudens enkele varianten, de canto van het vierstemmige madrigaal Amor che deggio far, | |
[pagina 281]
| |
van een onbekende componist (Musica divina 1595, fo. 3v). In het G.J., blz. 33 evv., staat D'Aenghename Daghen. / op: Chi fara fede al cielo. / cantus a 5. (zie blz. 145). De tekst is dezelfde als in de Madrigalia, afgezien van enkele varianten (enige malen h na g vóór e; 4. Godts; 6. Joels; 8. sonde; 9. herten; 10. na; ons). Er staat een eenstemmige melodie bij: de canto van Chi fara fed' al cielo, behoudens enige varianten. Op blz. 66 van het G.J: Ioodschen Raed / Vijfden Vrijdagh van de Vasten / Op: Come posso morir. Cantus a 5 (zie hiervóór het aangehaalde lied uit Sint' Agnes). De muziek erbij afgedrukt is eenstemmig. Op blz. 82-83 van het G.J: 'T Heyligh Graf. / Op Paeschavond. / Cantus a 3 (zie blz. 154 ev.); met muziek, eenstemmig. De tekst wijkt op enige plaatsen af van die in de Madrigalia: 1. Heyligh i.p.v. heerlijck; 6. Geëerdt / gelooft / gepresen i.p.v. ghegroet / gheëert / gepresen; 7. En gegroet i.p.v. gheheerlijckt; 10. le'en i.p.v. leen; 11. te droeven wooningh i.p.v. bedroefde woningh; 14. verheve kruys i.p.v. verheven Cruys; 15. roem i.p.v. rom; 16. gunt i.p.v. gundt; 17. mogen i.p.v. moghen; 20. 's Kruyces enge i.p.v. 's Cruysses enghe; 23. blijder i.p.v. blyder; 25. 's koninghs i.p.v. 's Konings; 28. speren / sponsen / tangen i.p.v. speeren / sponssen / tanghen; 29. Geessels / / en roe'n behangen i.p.v. En geesselen behanghen; 31. Veer i.p.v. verr'; 31. dierste i.p.v. fijnste; 33. minne-tucht i.p.v. minne tucht; 34. Te deerlijck i.p.v. Tederlijck; 36. herten i.p.v. harten; 37. bebloed i.p.v. bebloedt; 38. soet i.p.v. zoet; 39. my weggelaten; 44. Met u kruys / roe'n en doren i.p.v. Met Cruys / met roe / met Dooren; 45. gesmert i.p.v. gesmart; 46. hert i.p.v. hart; 49. Dit's i.p.v. En; 52. koning i.p.v. Coninck. Op blz. 94-95 van het G.J: 'T Niev Verresen Leven. / Sevende Paesch-Lied. / ... / Chori a 8. Er worden twee stemmen gegeven, met een Italiaanse vergeestelijkte tekst (Scacciam l'antico sonno) en, daaronder, een Nederlandse, die met de Italiaanse slechts gemeen heeft, dat hij over Christus' Verrijzenis handelt: | |
[pagina 282]
| |
1.[regelnummer]
Scacciam l'antico sonno,
E con soavi accenti
Facciam l'aria gioir, gioir i venti,
Ridan novell' al Canto nostri fiori,
5.[regelnummer]
E torni prima vera,
Della gioia Paschal gran Messagera;
Miracoli d'amore
Ch'il Redemtore
Hoggin' ha mostrato,
10.[regelnummer]
Vincend' inferno, morte e peccato.
(1.[regelnummer]
Verjagen wij de oude slaap,
En maken wij met zoete tonen
De lucht en de winden blij,
Dat op ons gezang lachend nieuwe bloemen ontluiken,
5.[regelnummer]
En kere de lente weer,
De grote boodschapster van de paasvreugde;
O wonderen van liefde,
Die de Verlosser
Heden ons heeft betoond,
10.[regelnummer]
Zegevierend over hel, dood en zonde.)
(1.[regelnummer]
Het nieuw verresen leven //
Ons Heeren komt ons geven //
Een overrijcke stof // van nieuwe vreughden /
Flora doet met gebloemt den aerd'bo'em jeugden
5.[regelnummer]
En d'ongetongde dieren //
't Blijde Paeschen haers Scheppers blijd'lijck vyeren.
Verheughd dan Christen menschen // met meerder reden /
Aen hem / die voor u lijf en ziel bestede.
De muziek is van Giovan. Gastoldi's ‘concerto de Pastori à otto’ Scacciam l'antico sonno, verschenen in zijn: BALLETTI A CINQUE VOCI ... con... un concerto de pastori à otto..., Venetië 1591; Stalpart heeft het waarschijnlijk uit: BALLETTI A CINQUE VOCI. con li suoi versi per cantare, sonare, & ballare, con... un concerto de pastori a otto. di Gio. Giacomo Gastoldi da Caravaggio... In Anversa, Appresso Pietro Phalesio, MDXCVIGa naar voetnoot1. | |
[pagina 283]
| |
Op blz. 104 van het G.J. vindt men Io Triumphe! / Hemel-vaert Christi. / Op: Io vo gridando / Cantus a 5 (zie blz. 219 evv.). De muziek erbij afgedrukt is de canto van Girolamo Conversi's vijfstemmig madrigaal Io vò gridando (Harmonia celeste, 1593, fo. 22v). Op blz. 125 van het G.J: De Twee Herten. / Aen de Tafel Christi. / Op: Cantava la piu vaga. / Cantus a 5. Het is lied II der Madrigalia, maar met: 1. zeghen i.p.v. segen; 4. geheug i.p.v. gheheug; 8. herten i.p.v. harten; 9. zich i.p.v. sich; 10. smerte i.p.v. smarte. Als muziek staat gedrukt de canto van Luca Marenzio's madrigaal. Ook in de Roomsche Reijs komt een madrigaaltekst voor; op blz. 185 ev. spreekt Pieter tot Abacuck: ‘Daer op (nl. op het Morael beduidsel vande Pauselikke Veder-bossen’) ontwifelik het oog ghehadt heeft / een vande vernaemste Musiciens van onzen tijd / als hy maekte dat onvolpreze Madrigal a sei voci; 'twelk wy somtijds te zaemen gezongen hebben / in deser vougen: 1.[regelnummer]
Questa vita Mortale, che par' si bella,
E quasi Piuma al vento,
Che la porta, e la perde in un momento,
E si ella pur con temerari giri
5.[regelnummer]
Tal hor s'avanza e sale,
E librata sul' ale
Pender da se, nell' Aria anco la miri;
E Sol perche di sua natura e leve.
Ma poco dura: & in breve,
10.[regelnummer]
Doppo mille rivolte, e mille strade,
Perche ella e pur di terra, a terra cade.
(1.[regelnummer]
Dit sterfelijke leven, dat zo schoon schijnt,
Is als een veer voor de wind,
Die haar meeneemt, en weer in een ogenblik verliest.
En als ze met reuzezwaaien
5.[regelnummer]
Soms zweeft en stijgt,
En als ge haar, als gebalanceerd op vleugels,
Uit zichzelf ziet hangen in de lucht,
Dan is dat alleen, doordat zij van nature licht is.
| |
[pagina 284]
| |
Maar het duurt slechts kort: en in weinig tijd,
10.[regelnummer]
Na duizend wendingen en duizend wegen,
- Omdat zij ook van deze aarde is - valt zij ter aarde neer.)
Maer wildy weten wat ghy ghezonghen hebt / zo dikwils als ghy dit Madrigal hebt gesongen? 'tzelvighe 't gheene den Paus tot versmaedheid vande eer des werelds in zijn Vederbossen heeft te comtempleren; ende ick t'anderen tiden / tot vermaeck vande liefhebbers opde zelve noten / aldus hebbe verduitst. 1.[regelnummer]
Dit sterffelikke leven
Zoo schoon voor d'oogen
Maer zeer haest door de lichte wind vervlogen.
Als ghy haer ziet / met veel verlore draijen
5.[regelnummer]
Van d'aerde opwaerts springen;
En weerom met veel ringen /
Deurt buijch weer / in d'iele lucht opwaijen:
Dat is om datse licht is van natuiren /
Maer kan niet duiren.
10.[regelnummer]
Want onlangs /
Doch na veel ommeloops / en duizend stegen /
Zoo gaet haer d'Aerde weder nae d'aerde wegen.
Op blz. 256 van de Gulde-Iaers Feest-dagen: Sinte Kunegondis / Maget ende Keyserinne. / III Martij. / Stem: Come posso morir. Vgl. het boven aangehaalde lied uit Sint' Agnes en het lied Ioodschen Raed, G.J. blz. 66; de melodie erbij afgedrukt is dezelfde als die van de Ioodschen Raed. Op blz. 928 van de G.J.F: S. Alloynus Bavo. / I October. / Stem: Scacciam l'Antico sonno. De melodie hierbij, die dient voor een Latijnse en een Nederlandse tekst, is, met belangrijke varianten, dezelfde als de eerste van het hierboven aangehaalde lied 'T Niev Verresen Leven, uit het G.J. Op blz. 112 van de G.J.F. vindt men Sinte Katharyna. / ten halven Rade. / XXV. November. / Stem: Amor! jo sento (vgl. LXV). De melodie erbij afgedrukt is de canto van het madrigaal Amor io sent' un respirar si dolce van Giovanni de Macque, in Harmonia celeste, 1593, fo. 27. | |
[pagina 285]
| |
Op blz. 1239 van de G.J.F: Bambino. / XXV. December. / Stem: Vezzosette Nymfe; bedoeld is het aldus aanvangende madrigaal van G.G. Gastoldi (zie blz. 287). Onder de melodie staan een Italiaanse en een Nederlandse tekst: 1.[regelnummer]
Pietoso mio Bambino,
Tutto bello & divino,
Per me nato si meschino,
Nella grotta di Natal,
5.[regelnummer]
Che siate benvenuto,
Picolino dolce Puto,
Da parola fato muto,
D'immortale gia mortal.
A te chiamamo,
10.[regelnummer]
Pieta chiedamo,
Charo Signor, Tuo dolc' amor
Ci don' al cuor, spem'e dolor.
(1.[regelnummer]
Mijn goedertieren knaapje,
Geheel schoon en goddelijk,
Voor mij zo meelijwekkend geboren,
In de kerstgrot,
5.[regelnummer]
Wat zijt ge welkom,
Kleine zoete jongen,
Sprakeloos geworden,
Van onsterfelijk nu sterfelijk.
U roepen wij aan,
10.[regelnummer]
Mededogen vragen wij,
Lieve Heer, Uw zoete liefde
Geeft ons hart hoop en smart.)
1.[regelnummer]
Jesse-blomken versch gesproten /
Van een' roede noyt ontsloten /
Noyt bedolven / noyt begoten /
Van de menschen! Weest gegroet
5.[regelnummer]
Weest gegroet / gegroet weest weder /
Die ons 't koude winter weder /
Door uw' liefde warm en teder /
In een Somer keeren doet.
Wilt ons ontfarmen /
| |
[pagina 286]
| |
10.[regelnummer]
Wilt ons verwarmen /
Door 't Heyligh vonck / Van uw' spelonck /
Dat ziel en lijf u dienstigh blijf.
Op blz. 235 van het Extractum Katholicum: Extracti Catholici. / XLIII. Dosis. / Christen Zorg. / Stem: Come posso morir. De melodie hiervan is dezelfde als die van de eerdergenoemde liederen op Come poss'io morir. Verder geven de volgende beginregels van Italiaanse liedteksten de herkomst van melodieën aan: Che pensi di far fuggendo me (G.J.F., blz. 908: Sinte Cleophas), Dimmi ch'è del mio cuor? (G.J.F., blz. 869: S. Paphnutius), Finch' havro vita (G.J.F., blz. 873: Sinte Amatus), La mia amorosa bella (G.J.F., blz. 336: S. Franciscus de Paula), Non mi dar tanto martyr (G.J.F., blz. 910: SS. Cyprianus en Justina), O che diletto (G.J.F., blz. 593: B. Aloisius Gonsaga), O vezzosetta é bella (G.J.F., blz. 1110: Sinte Cecilia, en E.K., blz. 325: 'T Nieu-Beduyd), Per voler d'Amore (G.J.F., blz. 779: S. Stanislaus A Kosta, en blz. 867: Sinte Pulcheria), Poiche il mio foco è spento (G.J.F., blz. 384: Sinte Anselmus en blz. 857: Sinte Bertinus), Sonate mi un baletto (G.J.F., blz. 850: Sinte Seraphia), Vita mia perche mi fuggi (G.J.F., blz. 891: Sinte Ferreolus), Viva viva Bacch' ogn' hor (G.J.F., blz. 686: Sinte Margarita, en blz. 858: Sinte Eleutherius), Vo lodar mai sempi Amor (G.J.F., blz. 914: Sinte Hiltrudis). Merkwaardig is dat alle nu opgesomde liederen te vinden zijn in een Antwerpse uitgave: Balletti A Tre Voci. Con li suoi Versi per cantare, sonare, & ballare. DI GIO. GIACOMO GASTOLDI DA CARAVAGGIO ... IN ANVERSA. Apresso Pietro Phalesio. MDCII (1606, 1624, 1631, alle identiek)Ga naar voetnoot1. Van de zeventien balletten die dit boek bevat, zijn er dertien de juist genoemde. Uit dit feit moeten we concluderen, dat Stalpart de Gastoldi-uitgave op zijn werktafel had. Dit is een niet | |
[pagina 287]
| |
onbelangrijke waarneming; men moet met dergelijke mogelijkheden rekening houden, als men de populariteit van liederen wil meten aan de frequentie waarin ze voorkomen. De volgende negen liederen vindt men in BALLETTI A CINQUE VOCI van Gastoldi (zie blz. 282), dat in het geheel twintig liederen omvat: A lieta vita (G.J.F., blz. 793: Sinte Jeroen), Chi guerreggiar desia (G.J.F., blz. 396: Sinte Joris Gilde), Piacer gioia e diletto (G.J.F., blz. 504: SS. Donatianus en / Rogatianus), Piu c'ogni altro Clori (G.J., blz. 92: De Blyde Morgen), Questa dolce serena (G.J.F., blz. 942: Carmelus van S. Theresa), Tutti venite armati (G.J.F., blz. 96: Sinte Sebastiaens / Schutterij), Vaghe Nymphe (G.J.F., blz. 393: Sinte Joris Vaens), Vezzosette Ninfe (G.J.F., blz. 1239: Bambino - zie hiervoor-, en E.K., blz. 628: XXI. Lof-zang), Viver lieto voglio (G.J.F., blz. 564: Sinte Odulphus). Tenslotte zijn er nog de volgende Italiaanse melodie-aan-duidingen: Amarillida bella (E.K., blz. 552: II. Lof-zang), Cara la vita mia (E.K., blz. 603: XIV. Lof-zang), Credi tu per fuggire (G.J.F., blz. 348: Sinte Marcellinus), Dimmi donna crudel (G.J., blz. 44: De Schaeps-Poel), Donna crudel, tu m'ha rub. (G.J.F., blz. 485: Sinte Ivo), Den droom van Orlando (G.J., blz. 40: Jonas-Teycken, G.J.F., blz. 1022: Ziel Ghebed, en E.K., blz. 533: CLXVII. Dosis / Ziel-Gebed), Noten van Orlando (G.J., blz. 79: Golgotha), Noten van Cyprian. de Rore (G.J., blz. 80: Golgotha), Ond' è che l'aureo crine (E.K., blz. 644: Toebrood), Phillida mia (G.J.F., blz. 605: De Twee Johannen, en G.J.F., blz. 835: Sinte Sabina), Piena del verbo eterno (G.J.F., blz. 1092: Onser L. Vrouwen / Presentatie in den Tempel), Rogier tu m'hai lasciato (G.J.F., blz. 1248: Kers-Bruyloft), Se pur ti guardo (G.J., blz. 48: Den Rijcke-Man), Sei tanto graziosa (G.J.F., blz. 4: Den Nieu-besneden, en G.J., blz. 56: De Samaritane), S'in me potesse morte (G.J.F., blz. 920: Sinte Michiel), Sola soletto io menevo (E.K., blz. 632: XXII. Lof-zang), Vestiva i colli (G.J.F., blz. 1: Principium A Iesu), Vorria morire (G.J.F., blz. 117: Sinte Nicolaes). |
|