Madrigalia
(1960)–Joannes Stalpaert van der Wiele– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 146]
| |
XXIX.1.[regelnummer]
Sappi signor che Lidia son io
Del Re di Lidia in grand' altezza nata,
Qui dal giudicio altissimo di Dio
Al fumo eternamente condannata
5.[regelnummer]
Per esser stata al fido amante mio,
Mentr'io vissi, spiacevol & ingrata;
D'altr'infinite è questa grotta piena
Poste per simil fall' in simil pena.
| |
Pietro Vinci, Musica divina 1595, fo. 19v; a 5.1.[regelnummer]
Weet, heer, dat ik Lidia ben,
Dochter van de koning van Lidia, hoogadellijk geboren,
Hier door het hoogste gerecht van God
Voor eeuwig tot het vuur veroordeeld,
5.[regelnummer]
Omdat ik jegens mijn trouwe minnaar,
Toen ik leefde, onaangenaam en ondankbaar ben geweest.
Met andere zielen is deze spelonk geheel gevuld,
Die wegens dezelfde zonde tot dezelfde straf veroordeeld zijn.
Letterlijke vertaling van Stalparts versie: 1.[regelnummer]
Weet, Heer, dat ik een ziel ben,
Uit Christenen eens geboren, en door hen gedoopt,
Maar door het hoogste gerecht van God
Voor eeuwig tot het vuur veroordeeld,
5.[regelnummer]
Omdat ik jegens Christus mijn Heer,
Toen ik leefde, onaangenaam en ondankbaar ben geweest.
Met andere zielen is deze spelonk geheel gevuld,
Die wegens dezelfde zonde tot dezelfde straf veroordeeld zijn.
| |
[pagina 147]
| |
Mus dio. fol. 19. Vers.1.[regelnummer]
Sappi Signor che Anima son io,
Da Christiani gia nat'e Baptizata.
Ma dal giudicio Altissimo di Dio
Al foco eternamente condamnata,
5.[regelnummer]
Per esserstala à Christo Signor mio,
Mentre io vissi spiacevol & ingrata
D'altre infinite equesta grotta piena,
Poste per simil fallo in simil pena.
| |
Translaet.1.[regelnummer]
Vraeghdy wie 'k ben? ick ben een ziel ontbonden /Ga naar voetnoot1.
Die tot de gunst wel eer des Doops geresen /Ga naar voetnoot2.
Nu ben door 't oordeel des hoogstens om mijn sonden
Zoo langh als eeuwigh duert te vyer verwesen.Ga naar voetnoot4.
5.[regelnummer]
O hard gelagh! och sondaer tracht met boeten /
Terwijl ghy leeft uw' sonden te versoeten /Ga naar voetnoot6.
Want 't valt te swaer in d'afgrond vander hellen /Ga naar voetnoot7.
Door een soo korten vreughd / geen end te tellen.Ga naar voetnoot8.
|
|