Madrigalia
(1960)–Joannes Stalpaert van der Wiele– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 106]
| |
XVI.1.[regelnummer]
Basciami, basciami mille, mille volte,
Con quelle dolci tue labbra rosate,
Piene di vaghe voglie innamorate.
E se l'alma mia presa
5.[regelnummer]
D'insolita dolcezza verrà meno,
Stringemi tosto al delicato seno.
Ma s'avvien poi ch'io mora,
Dolce la sorte fia, dolce la stella,
Che morte mi darà sì dolce e bella.
Luca Marenzio, 5de boek a 5 (uitg. Einstein dl. II, blz. 85) 1.[regelnummer]
Kus mij, kus mij duizend, duizend keren,
Met die zoete rozelippen,
Vol bekoorlijke liefdelusten;
En als mijn ziel, aangegrepen
5.[regelnummer]
Door buitengewoon genot, in onmacht zal geraken,
Druk mij dan terstond aan uw heerlijke boezem;
Maar als het dan geschiedt dat ik sterf:
Gunstig het lot, gunstig de ster,
Die mij een dood zal schenken zo aangenaam en schoon.
| |
[pagina 107]
| |
Basciami. 14.1.[regelnummer]
Kust mijn ziel eens met d'eyge tippen /Ga naar voetnoot1.
Iesu Heer / van uw' roode lippen /
Want daer en waren noyt geschapen' soeten /Ga naar voetnoot3.
Daer aen ick buyten u mijn lust kon boeten.Ga naar voetnoot4.
5.[regelnummer]
End' of my de ziel door ongewoonlijcke weeldenGa naar voetnoot5.
Quaem t'onbreken /Ga naar voetnoot6.
Geeftse my weder
Door 't honigh van u smeken.Ga naar voetnoot8.
Ja of ick 't schoon besterve /Ga naar voetnoot9.
10.[regelnummer]
Geluck / geluckich meer als duysent-werven /
Quam ick in Iesus schoot van minn' te sterven.
|
|