bezig in België en niet te vergeten Tsjechoslowakije. Eén keer ben ik met haar meegeweest naar Praag. Ik geloof dat ik wel vijf lagen kleren over elkaar aan had. We namen van alles mee voor de mensen daar. Ik heb er de vertalers Hans en Olga Krijt leren kennen en een boel Tsjechische auteurs, die Leopold heeft uitgegeven.
Ik leerde door Miep de weg in het circuit, dat die auteurs er veel aan hadden dat hun boeken in het buitenland werden uitgegeven, dat ze zo hun geld verdienden in plaats van subsidies van hun eigen regering te krijgen. Dat ze op die manier vrij konden blijven denken en werken.
En dan natuurlijk de Antillen. Ik ben er in 1985 voor het eerst geweest. Miep was er ook. Ik wilde weten hoe het land van haar jeugd en haar boeken eruitzag, waar ze gewoond had, waar ze van dat dak was gevallen. Wat precies haar achtergrond was. Hoe Curaçao was. Waarom ze boeken als Elio, De boten van Brakkeput en Marijn heeft geschreven.
Miep was al bezig met uitgeverij Charuba, dat was haar idee. Ze wist dat er Antilliaanse jeugdboekenschrijvers waren, maar dat die geen uitgever konden vinden. Ondertussen had zij op Curaçao Diana Lebacs en Sonia Garmers gecoacht en die verkochten hier heel aardig, werden ook bekroond. Dus we probeerden het met nog een aantal anderen op Aruba, Josette Daal, Richard Piternella, Frances Kelly, Desiree Correa. Ik wilde die auteurs natuurlijk leren kennen.
Miep ging elk jaar enkele maanden naar Aruba om auteurs op te vangen en te coachen. De productie deed ik vanuit Nederland. Zonder subsidies, want dat was Miep veel te paternalistisch ten opzichte van de mensen. Ik had vertrouwen in dat project. Als Miep zei: ‘Dat doen we’, dan deden we het ook. Anders had het ook niet gewerkt. Dan stak zij er tijd in, terwijl ik later misschien zou zeggen: ‘Laat maar.’ Dat is nooit een probleem geweest, want we zaten op dezelfde golflengte. De dingen die zij belangrijk vond en vindt, vind ik ook belangrijk. Uiteindelijk lukte dat project toch niet goed. In Nederland verkochten hun boeken wel, maar mensen op de Antillen kopen hun eigen schrijvers niet. Ze hebben geen leescultuur.
In totaal ben ik drie keer op de Antillen geweest. Ik heb er lezingen gegeven, boeken gepresenteerd. Alles gezien en aan den lijve ondervonden hoe langzamerhand die warme, zware lucht op je neerdaalt als je uit het vliegtuig stapt. Heel erg leuk.
Natuurlijk heb ik ook ruzie gekregen met Miep. Want op een gegeven moment wist ik wel zo'n beetje hoe het vak in elkaar zat. Maar ze bleef zich overal mee bemoeien. Een echte perfectionist. Ze checkte alles. Terwijl ik dan dacht: Mens, dat heb ik allang gedaan. Op een gegeven moment had ik iets gezegd en dat kon volgens haar niet. Zij woedend, ik boos. Die ruzie is weer bijgelegd. Miep ging naar de Antillen. Ik schreef haar lange brieven, zij schreef mij lange brieven. Dat ruziemaken hoorde erbij, maar we misten elkaar toch ook erg en dat schreven we dan.
Als auteur heb ik Miep helaas maar kort meegemaakt. Want door ruzie met de vorige directeur vertrok ze met haar eigen werk naar uitgeverij Querido. Die hebben Total loss uitgegeven, Wiele wiele stap en Hannes en Kaatje. Haar oude boeken heb ik altijd herdrukt. Die heb ik nooit losgelaten, want het zijn belangrijke boeken. Dat vond ik heel belangrijk. Toen is ze Hoe schilder hoe wilder gaan schrijven, dat is bij Leopold verschenen. En haar laatste boek Krik gaan we dit jaar herdrukken.