Gerard Kornelis van het Reve en De groene anjelier
(1973)–Hedwig Speliers– Auteursrechtelijk beschermd□ Brief in een fles gevondenAlhoewel ook deze laatste brief een onvoltooid karakter bezit en een open schriftuur blijft, rondt G.K. van het Reve toch enkele leef-, denk- en schrijfaspecten af. Deze Spaanse brief bevestigt de romaneske trend. Zo is de verwijzing naar Henry MillerGa naar eindnoot(122) een schakeltje dat ons met de eerste brief verbindt. De schrijver sluit nog eens aan bij zijn vorige, de voorlaatste brief door een variante te brengen van zijn eisen en verzuchtingen omtrent het schrijversprotest en het subsidiebeleid.Ga naar eindnoot(123) | |
[pagina 186]
| |
De hier reeds meer dan eens aangeduide Wimie-lijn wordt opgenomen, alweer,Ga naar eindnoot(124) en het gemis wordt even gecompenseerd door een vluchtig contact met een Spaanse homoseksueel, Antonio.Ga naar eindnoot(125) Ook laat de schrijver hier de talrijke over zijn boek verspreide punten betreffende zijn Rode Haat in deze slotbrief convergeren waarbij het desultorische paroxistische afmetingen bereikt: met ‘de heer Algra’ als uitgangspunt maken we een ideologisch uitstapje naar Rusland (‘het samenrotten van het Sowjet-gepeupel’) en pikken we op onze weg de vloek en verdoemenis uitsprekende katholieke apologeet op, om maar nog eens te belanden bij de religie dodende bijbellezer Algra.Ga naar eindnoot(126) Inmiddels is het vertrouwen en het geloof in het Herboren Schrijverschap gegroeid. Voor de eerste maal schakelt Van het Reve in de vorm van een ‘pro memoria’ zijn wensdroom in: ‘Een boek schrijven over het Violet en de Dood.’Ga naar eindnoot(127) Hiermee anticipeert hij op zijn volgende brievenbundel. Maar nog belangrijker is de introductie van twee nieuwe elementen: zijn liefde tot de Moeder van God of verering van de Maagd en de revistische seks of het revismeGa naar eindnoot(128). Zelfs bij het introduceren van dit nieuwe aspect, het revisme, eerbiedigt Van het Reve de romaneske continuiteit. Na een voorlopige omschrijving van het revisme geeft de schrijver toe dat het ‘allemaal, dat begrijpt u zelf wel, veel en veel ingewikkelder’ is. Hij besluit met dit: ‘...omdat ik me door tijdgebrek moet beperken, vereenvoudig ik alles, kortheidshalve, tot een soort | |
[pagina 187]
| |
Brownse beweging.’Ga naar eindnoot(129) In De Avonden lazen we reeds Van het Reve's belangstelling voor vreemde, wetenschappelijke verschijnselen. Onder Brownse beweging nu wordt de eigenaardige krioelende beweging van in vloeistof zwevende deeltjes verstaan, die eerst onder de microscoop kunnen worden waargenomen. Deze innerlijke onrust der materie, hier metaforisch door Van het Reve opgevangen, beantwoordt ten volle aan wat hij in zijn Brief uit Camden Town ‘die malende, in knarsing ronddraaiende gedachten’ heet. Recapitulatie van gedachten, anticipatie op het werk dat komt zodat in het werk sinds 1963, veelmeer dan ooit het geval was, een continue lijn wordt gecreëerd. Anticipatie is zeker de beschrijving van de homoseksuele liefde in het bijzijn van de Heilige Maagd (Beschermster Van De Zuiverheid, nota bene). Welnu, hier doet de hemelse Dame haar intrede en ziet zij toe op de liefde van het hoofdpersonage, G.K. van het Reve met een toevallig op het lijf gelopen homofiel Spaans jongetje, Antonio.Ga naar eindnoot(130) Hier ook bouwt de Schrijvende Banneling zijn ‘eigen bescheiden theologie’ uit waardoor de Moeder van God ‘vandaag nog slechts de facto, en hoogstens door Haar voorspraak, morgen echter de jure Medeverlosseres en, waarschijnlijk nog voor een eeuw verstreken is, Vierde Persoon Gods In Aardse Verborgenheid’ wordt.Ga naar eindnoot(131) |
|