ik ook probeerde, ik kon werkelijk geen enkel contact meer met haar krijgen. Het leek alsof zij een totaal andere vrouw was geworden. Ze kon niet meer persen, werkte niet meer mee, was helemaal slap en afwezig. Uiteindelijk werd het een vacuümbevalling.
Na zes weken belde ze zelfs de afspraak voor de nacontrole af, maar ik drong eropaan dat ze een week later alsnog zou komen. Ze vertelde dat ze lusteloos was, dat haar gevoel weg was, dat ze moeite had om blij te zijn met haar baby. Kortom, ze was in een postnatale depressie beland. Na het derde gesprek kwam eruit dat ze incestervaringen had. Haar lichamelijke integriteit was in haar jeugd keer op keer geschonden. Té lang was er over haar grenzen heen gegaan. En tijdens haar bevalling was er wéér over haar grenzen heen gegaan, net zoals vroeger, toen ze keer op keer had aangegeven dat ze niet wilde, maar dat had nooit geholpen. Het was allemaal te erg geweest. Onbewust was ze tijdens haar bevalling weer in de sfeer van haar traumatische jeugd terechtgekomen, toen haar vader voor de zoveelste keer aan haar kamerdeur klopte. En even was ze weer die depressieve puber die ze toen ooit was. Ik heb haar doorverwezen naar een psychotherapeut. Toen ik haar twee jaar later toevallig op straat tegenkwam, was ze nog altijd in therapie en had nog regelmatig last van die traumatische bevallingservaring. Nooit durfde ze óóit nog zwanger te worden, zei ze.