reeds genoemd, vermelden de bewaard-gebleven bronnen niet dat zich de overgang van Kruisgemeente naar Afgescheiden gemeente 8 januari 1861 voltrok. We vermoeden dat deze datum die is van het besluit van de kerkeraad. In de notulen van de Algemene vergaderingen van de Kruisgezinden lezen we slechts (onder 15 mei 1861):
‘Een brief ingekomen en voorgelezen van den Leeraar en Kerkenraad der Gemeente Dinteloord, waarin wordt medegedeeld dat die Gemeente tot de Christ. Afgescheidenen zal overgaan. Deze brief wordt voor kennisgeving aangenomen.’Ga naar voetnoot5
In hoofdstuk 4Ga naar voetnoot6 hebben we reeds vermeld dat Dinteloord op de provinciale vergadering van 30 mei 1861 werd aanvaard en dat daarna de predikant, de ouderlingen en diakenen (opnieuw) werden bevestigd.Ga naar voetnoot7
Op grond van het bovenstaande zou ook kunnen worden verdedigd dat de overgang van Kruisgemeente naar Afgescheiden gemeente, te Dinteloord, zich heeft voltrokken, niet 8 januari 1861, maar 30 mei 1861. Immers, dit is de datum van de in deze zaak beslissende provinciale vergadering. Zelfs zou de datum - die we niet kennen - van de ‘bevestiging’ kunnen worden aangehouden; deze zal wel korte tijd na 30 mei moeten worden gezocht.
| |
opnieuw ingediend. De gemeente verklaart de Dordtse kerkenorde te hebben aanvaard als ‘het Kerkelijk Reglement der Gemeente’.Ga naar voetnoot9 Zij zal haar godsdienst uitoefenen in het gebouw ‘staande aan de Oostvoorstraat, Wijk A no. 93, gesticht in het jaar 1858, kadastraal Sectie F no. 745, kerk en erf groot 1 roede 51 ellen,Ga naar voetnoot10 en aan hun kerkgenootschap toebehoorende ...’. De ondertekening van het request luidt als volgt.
Johannes Holster ‘Leeraar’ |
Marinus van Beveren, ouderling |
Arij van Bezooijen, idem |
Paulus Gunst, diaken |
Dirk van der Hoek, idem |
P. Bakker |
A.A. van Bezooijen |
C.A. van Bezooijen |
J. van Bezooijen |
N. van Bezooijen |
P. de Boef |
A.L. Breure |
P. Breure |
P.S. Breure |
P.M. Breure |
S. Breure |
W. Breure |
Johs. Edelschaap |
P. Edelschaap |
W. Huizers |
J. Kats |
C. Kwist Cz. |
J. Fr. Langenbroek |
M. Leest |
A. van Lent |
M. van Lent |
E. van LooGa naar voetnoot11 |
C. de Pender |
C. Quist |
Sija Rijnsaardt |
J. Stolk Jz. |
M. Stolk |
M. Struik |
J. Sulkers |
P. Sulkers |
J. Tielemans |
J.C. in 't Velt |
P. Visschers |
E. Visser |
A. Vogelaar |
A. Vogelaar |
A.J. Vogelaar |
C. Vogelaar P.C. zn. |
C.P. Vogelaar |
J.P.C. Vogelaar |
J.P.W. Vogelaar |
P.M. Vogelaar |
S. Vogelaar |
A. de Vos |
S. Vroon |
S. Vroon |
W. Vroon |
P. de Zwart |
Het geheel omvat 53 handtekeningen.Ga naar voetnoot12 De gemeente wordt ‘toegelaten’ bij koninklijk besluit van 16 augustus 1862, no. 63.Ga naar voetnoot13
| |
2. De derde predikant: G. de Braal (1871-1873)
Al korte tijd nadat J. Holster afscheid heeft genomen - 30 oktober 1864 - wordt ds. Jannes GrevenGa naar voetnoot14 te Sliedrecht beroepen. Hij aanvaardt het beroep en staat te Dinteloord van 12 maart 1865 tot aan zijn vertrek naar Uithuizen op 10 oktober 1870. De vacature wordt vervuld door ‘proponent’ Gerard de BraalGa naar voetnoot15 die de gemeente dient van 8 januari 1871 tot 17 augustus 1873; op 24 augustus 1873 wordt hij te Apeldoorn bevestigd.
De komst van De Braai te Dinteloord is gepaard gegaan met grote aarzeling van de zijde der provinciale vergadering van Noord-Brabant, gehouden 4 januari 1871 te Heusden. We schreven hierover in hoofdstuk 4.Ga naar voetnoot16
Candidaat De Braai wordt reeds na enige dagen - zoals we zagen (zondag) 8 januari 1871 - bevestigd. Uit zijn levensgeschiedenis weten we dat er voor het kerkverband geen moeilijkheden met hem zijn geweest. Integendeel, hij wordt ons geschetst als ‘een vriendelijke man en een begaafd prediker’.Ga naar voetnoot17
Het enige dat we verder weten van deze gemeente vóór 1900 - behalve de lijst der predikanten - is, dat zij vanaf 1864/1865 circa zeventig leden méér telt dan daarvoor. Voor zover we kunnen nagaan kwamen dezen van de ontbonden gemeente te Willemstad-Fijnaart. In 1892 - na de Doleantietijd - omvat zij 600 zielen.
|
-
voetnoot2
-
Honderd vijftig jaar 43. De genoemde jaartallen staan vast, zoals we hierna zullen zien. De data zijn onzes inziens vroeger geregistreerd, de juistheid er van kan niet worden achterhaald. Vergelijk Bos, Kruisdominees 180.
-
voetnoot3
-
NAVGK 303. Vergadering 19 okt. 1858; slechts wordt vermeld: ‘Ter Vergadering zijn ingekomen ... en Ds. J. Holster van Dinteloord’. Van de instituering van Dinteloord wordt in deze en eerdere notulen (van de vergadering 3-5 aug. 1858) niet gerept. Wij verklaren dit uit de omstandigheid dat het kerkelijke leven van de Kruisgezinden in het jaar 1858 werd beheerst door het conflict rond ds. C. van den Oever te Rotterdam.
-
voetnoot4
- Men zie voor hem J.H. Donner, ‘In Memoriam Ds. J. Holster’, in Handboek ten dienste der Gereformeerde kerken in Nederland 1906, Goes 1906, 285-290; De Haas I, 137-138. Johannes Holster werd 13 dec. 1826 te Vrijhoeve-Capelle geboren en overleed te Leiden 26 juni 1905; hij huwde 16 aug. 1854 E. van Loo, die hem overleefde. Zijn eerste opleiding ontving hij van ds. H. Wiersma, die van 1849 tot 1856 in de Afgescheiden gemeente te Vrijhoeve-Capelle stond. Hij studeerde daarna ongeveer een jaar bij ds. F.A. Kok te Zuilichem (EERSTE DEEL 369), maar doordat de classis Genderen financiele steun weigerde (NCGe 17 maart 1853, art. 4 en l juni 1853, art. 6) werd hij genoopt zijn opleiding af te breken. Hij wendde zich daarop tot ds. C. van den Oever te Rotterdam, die hem enige tijd onderwees. Op een buitengewone vergadering van de Kruisgemeenten te Rotterdam, 6 dec. 1853, werd Holster ‘tot proponent geëxamineerd en beroepbaar gesteld’. Op 15 mei 1854 werd hij bevestigd als predikant van de Kruisgemeente te Vlissingen. De jonge gemeente te Dinteloord beriep hem in 1858, alwaar hij 15 aug. zijn intrede deed. In het jaar 1861 ging deze kerk over tot de Christelijke Afgescheidenen.
Holster werd predikant te Leiden 13 nov. 1864; hij ging aldaar 31 aug. 1902 met emeritaat.
-
voetnoot7
- De kerkeraad was op dit tijdstip als volgt samengesteld: ds. J. Holster (deze was 15 aug. 1858 bevestigd door ds. J. Juch); M. van Beveren, A. van Bezooijen, ouderlingen; P. Gunst, D. van der Hoek, diakenen. Men zie hiervoor de volgende paragraaf. In de jaren 1862-1871 zien we de ouderlingen Van Beveren en Van Bezooijen als afgevaardigden op de provinciale vergaderingen.
-
voetnoot8
- Herv. ered. 28 aug. 1861, no. 18; 28 okt. 1861, no. 11.
-
voetnoot9
- In de stukken óók genoemd: ‘Eigen Reglement’ - Herv. Ered. 8 aug. 1862, no. 4; 22 aug. 1862, no. 26.
-
voetnoot10
- groot 1 are en 51 centiare. Het jaar 1858 was dat van het ontstaan der gemeente.
-
voetnoot12
- De statistiek (bijlage II) vermeldt dat in het jaar 1863 ‘Dinteloord’ 176 zielen omvat. Vermoedelijk heeft een aantal vrouwen (echtgenoten) niet getekend.
-
voetnoot13
- Deze vermelding alsmede het request vinden we: Herv. Ered. 22 aug. 1862, no. 26.
-
voetnoot14
- Jannes Greven (men zie De Haas II, 123) werd 29 dec. 1831 te Steenwijk geboren en overleed te Rijnsburg 21 juli 1889. Na zijn studie te Kampen diende hij vijf gemeenten (1860-1889).
-
voetnoot15
-
De Haas II, 48-49. Gerard de Braai werd 16 sept. 1833 te Zierikzee geboren; hij overleed te De Bilt 26 okt. 1905. Was werkzaam bij het onderwijs, laatst als hoofd te Middelburg; 19 juli 1870 geëxamineerd door de classis Middelburg, 4 okt. door de provinciale vergadering van Zeeland, op grond van artikel 8 van de Dordtse kerkenorde. Zijn eerste gemeente was Dinteloord. Daarna diende hij vijf andere gemeenten, alsmede Dinteloord voor de tweede maal (5 okt. 1884-22 nov. 1891). In september 1871 werd hij beroepen door de Ledeboeriaanse gemeenten in Zeeland, maar hij bedankte onmiddellijk. Tijdens zijn predikantschap werd hij nog vele malen beroepen; hierbij dient te worden genoemd het beroep, in 1898, van de Kruisgemeente te Lisse. Zijn emiritaat ging in 1 sept. 1904.
De Braal was gehuwd met E.S. van Golverdinge, dochter van de bekende oefenaar J. van Golverdinge te 's-Gravenhage. Aan laatstgenoemde - men zie voor hem ZEVENDE DEEL register - wijdde De Braai zijn publicatie Gedachtenis - Twintigtal toespraken door J. van Golverdinge (met een levensschets) 's-Gravenhage (1889). Tijdens zijn onderwijzer-periode schreef G de Braai, Geschiedenis des Vaderlands, een leesboek voor Christelijke scholen en huisgezinnen, twee stukjes, 's-Gravenhage 1858; het werkje beleefde in 1915 (Leiden) de laatste - zesde - druk.
|