[Veluwe]
VELUWE; van welke ruwe en drooge landstreek boven al is gesprooken, 25 bl.
Het word bepaald in het O. met den Yssel; in het W. met het Sticht van Uitrecht; in het S. met den Rhyn, en in het N. met de Suiderzee: synde vol sand-duinen, heuvelen en heybergen, en deshalven, volgens het schryven van hertogh Arnoud (by Slichtenhorst, Gelder. G. 1 B. 180 Verdeel. 109 bl.) een wild en byster land; of, volgens het algemeene spreekwoord, een kaale rok met een kostelyke boord beset.
Voorts worden hier ten deele mede de Marsi geplaatst; van welke boven, 225 bl. Siet deselve Slichtenhorst, 189 Verdeeling.
Hier syn de Sloten,
Doornewaart, } van welke boven, { 63 bl.
Roosendaal, } van welke boven, { 268 bl.
Het Loo, &c. &c. } van welke boven, {208 bl.
en de Steden,
Arhnem, de I. } van welke mede boven, { 21 bl.
Hattum, de IV. } van welke mede boven, { 129 bl.
Wageningen, de III, van welke beneden in de letter W.
Harderwyk, de II. } van deese beiden, elders.
Elburg, de II. } van deese beiden, elders.