Buiten- eensaem huis- somer- en winter-leven
(1687)–Willem Sluiter– Auteursrechtvrij
[pagina 99]
| |
Stem: Psalm 6. Wilt my niet straffen Heere. Of: Het Maentje schijnt soo helder. Of: Aldus.Niet is hier op der aerden
Te houden groot van waerden,
Als 't wel gemoed gemoed,
Dat al dees' aerdse dingen,
kan houden voor geringe,
Om 't eenigh hooghste goedt.
Ga naar voetnoot+2. 't Is waerlick waere ruste
Wanneer het hert met luste
Is op Giodts liefd' gevest,
En na geen andre saken
| |
[pagina 100]
| |
Sich selfs gevoelt te haken
In 't wereldtsche gewest.
3. By Godt de Rijckst' en Meest' is
Ga naar voetnoot+Die klein en arm van geest is,
En geern' in Christo groot.
By Godt is niemandt edel,
Die niet ootmoedigh bedel'
Aen 's Hemels poort door noot.
4. By Godt en is geen wijse,
(Schoon elck sijn wijsheidt prijse,)
Ga naar voetnoot+Soo hy niet dwaes en sot
Is in des weereldts ooge:
By Godt en is geen hooge,
Dan die hier wordt bespot.
5. Geen mensch voor hem geluck heeft,
Dan die alhier in druck leeft,
En dickwijls wordt beklaeght.
Hy drijft den besten handel,
Die door sijn Christen wandel
De weereldt meest mis-haeght.
6. Als ick in Godes ooge
Maer rijck, groot, edel, hooge,
Wijs, en geluckigh ben,
Soo ben ick wel te vreden,
Hoewel my hier beneden
Daer niemant voor en kenn'.
|