Verzamelde gedichten. Deel 2(1947)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 249] [p. 249] Poolnacht In blinde drift woedt wervelstorm Tegen ten zwerk gesneeuwden wal: Een tweede kim rondom het dal, Waar een ijshut in kegelvorm Staat onder stagen vlokkenval. De stilte scheurt in alle verten, Door asch en ijskorst reutelt een vulkaan, Bij 't kraken van sneeuwgletschers die vergaan Sidderen de gesternten. Daarboven woedt, sinds tijden overoud, De slag van bliksemende vlammenzwaarden; Hun spitsen vlieden eindloos ver van de aarde, Terwijl de poolgeest hun gevesten houdt. Vorige Volgende