Verzamelde gedichten. Deel 2(1947)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 6] [p. 6] Wachten Mijn bootje is van dun riet, Gebonden door vezels van lisch. Toch bevaar ik den stroom. Geen wachtlicht op den anderen oever, Alleen bewaakt door de poolster. Kom je niet? Jouw boot is van sterk hout. Deze stroom is nog lang niet De woeste Yang Tse, en toch ben je bang. Kom je niet? (Tsjen Wen Ti) Vorige Volgende