Verzamelde gedichten. Deel 1(1947)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 362] [p. 362] Pacifique 't Schip is door schelpzeer aangetast. Zijn buik spleet open aan een rif; Een stortzee, 'n schok en 't zat gestrand - Maar 't scheepsvolk moordt geheim vergif. Teerwant, geblaakte ra en mast Vraagt vlam. Eén vonk maar! Warrge toorts - Daaronder broeit al stille brand Feller dan angst: de gele koorts. Op zeventien graden Zuiderbreedte En honderdtwintig Westerlengte, Waar zee en ruimte 't land vergeten, Zijn zij gedreven in de engte Van de onbegrijplijk stille plek Waarover de eeuwge deining golft! En dorst In woestenijen water! Schor Steent de équipage op 't blaakrend dek. En een klimt in het kraaiennest, Waanzinnig, steekt het want in brand, Krijscht: ‘Beter snel dan traag verbrand!’ Terug valt zijn verkoolde rest. [pagina 363] [p. 363] 't Vuur kruipt neer. Alleen golven blusschen. En de bemanning moordt zich, wild Van doodsangst en verstikking tusschen Brand, water en serene stilt'. Vorige Volgende