Verzamelde gedichten. Deel 1(1947)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 361] [p. 361] De oude Zeeman Moe is de machtige zee, moe ook de zwervende wind. En ik dan? Een oude man en toch ook hulploos kind. Ik wou dat ik lag op 't verlaten strand, Waar alleen een meeuw mij nog vindt. Aan wal wou geen van mij weten. Ik werd vroeg oud, Varend, getaand door de zon, gebeten door 't zout. Ik wou nu liever zinken, gelaten neer op 't zand, Onder de loome deining van 't diepe waterwoud. De golven gaan stuivend open. Zie, lang, zacht wuivend haar, En witte armen reiken: zij zullen mij dragen waar Mijn leven wordt gelukkig en eindlijk lichter, want Daar drijven ook de wrakken, gezonken lek en zwaar. (Masefield) Vorige Volgende