Verzamelde gedichten. Deel 1(1947)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 319] [p. 319] Ontmoeting Onder lichtend vonkgedierte Komen algen tot bezinking. Diep is 't stil; langs lange slierten Wier trekt walm op van ontbinding. Plots doortrekken van de polen Alle kringen huiveringen; Reeds gezonken drenkelingen Drijven uit hun onderholen Los en zij bewilligen In een doodsche farandole, Tot het schip moet stilliggen Op hun saamgedrongen scholen. Daar schokt mij herinnrings schrik! Gij, gehate, kunt hier dolen: Voor een maand verging uw brik. 'n Kleine golf grijnslacht verholen Waar uw gelaat verrees. 't Schip kreunt. Ik ril van afschuw. De spaak waarmee ik afduw Boort in 't vermolmde vleesch, [pagina 320] [p. 320] En 't schip zinkt aan een schaduw Naar verrotting onderzeesch. Vorige Volgende