en dat ik 's avonds onweerstaanbaar wordt aangetrokken, dat ik er even een hapje van wil proeven, en dan volgt de rest ook, totdat het op is. Dit is een heel onaangenaam idee, dat je dus zo begerig bent, terwijl je al dankbaar moest zijn voor het goede, dat je gehad hebt; bovendien, dat je jezelf zo weinig meer in de hand hebt. Heb je geen eten en zie je het niet, dan gaat het wel, omdat je niet anders kunt, maar zie je het voor je, dan kun je er vaak niet afblijven.
Dat is ook de reden van het wegnemen van eten. Noem hem die een broodje uit een volle bakkerskar pakt, geen dief; de natuur draagt hem eenvoudig op, zijn lichaam in stand te houden. Dat is immers het eerste en laatste wat een mens moet doen om te bestaan. Misschien moet ik zeggen, helaas spreek ik uit eigen ervaring, want ook ik heb de verleiding niet altijd kunnen weerstaan. Niet, dat ik me zou vergrijpen aan een andermans rechtmatig deel, zoals distributiegoed, bonnen, een uitgereikte portie, maar van een andermans overdaad.
Een goed voorbeeld was b.v. toen ik in Eerbeek logeerde temidden van een ongekende culinaire weelde, waarvan ik die dag toch behoorlijk mijn deel ontving. Toch zag ik er dan geen been in om een boterham extra uit de trommel te nemen of een appel uit een mand vol, of een koude aardappel uit een pan vol. Ik kon het niets erg vinden, wanneer je uit oogpunt van behoefte en gezondheid iets wegneemt van andermans overdaad.
Ik heb dat ook hier op de fabriek gehad, waar boven op de zolder achter een lattenhek voorraden van den directeur opgeborgen zijn. Het idee kwam, toen de Bruin vertelde, dat de baas melkpoeder beschikbaar had gesteld voor de werklieden op Kerstavond. Wanneer je in geen maand melk hebt gehad is de behoefte aan eiwitten zo groot, dat je verschrikkelijk graag eens een bord pap met melk zou willen eten, en dat moest dan maar van de grote hoop af. Met een schroevedraaier was de deur vrij eenvoudig te openen; al bleek er dan geen melkpoeder te zijn, er lagen zeker 50 kg verschillende soorten erwten, alsmede veel mais en kippenvoer, om de verse eitjes voor den baas te waarborgen. En zo'n aanblik wordt dan te sterk vooral omdat hiermee de levensbehoefte van den directeur geen afbreuk wordt gedaan en ik vulde dan ook een busje met mais en een met bruine bonen voor mezelf.
Prettig is dat idee heus niet, maar bij het eten proef je het er werkelijk niet aan. In verband met mijn tocht naar Eerbeek diende