uit. Wij in onze kelder zijn er wonderlijk goed afgekomen. Die twee groote gebouwen zoo vlak bij, in de lucht gevlogen en bij ons alleen alle ramen eruit, vele met kozijn en al en het dak was ook grootendeels weg, alle pannen eraf. Wat zal onze familie in angst zitten over ons als ze hooren van dat stadhuis en ze weten dat we er zoo vlak bij wonen. In huis was het een bende. Glas overal en centimeters dik rood stof overal op.
Gordijnen hingen gescheurd naar buiten te wapperen, de lamp in de spreekkamer en in de studeerkamer waren aan gruzelementen - De vloer van de badkamer was omhoog gekomen.
Truus is direct aan 't opruimen gegaan van glas en zoo. Zij was erg moedig. De tuin lag bezaaid met balken en hout.
Dezen nacht waren de moffen over de brug teruggetrokken en hadden de brug opgeblazen. Dat was ook nog een flinke klap.
Al spoedig werden er gewonden bij ons binnengedragen in de studeerkamer. Daar het daar echter niet veilig was, hebben we ze naar de kelder gebracht. Het viel niet mee die menschen, die kermden van de pijn van die trap af te krijgen maar het lukte toch. Vreeselijke dingen speelden zich af. In onze kelder lag mej. v. Ooyen met vermoedelijk een dwarslaesie en haar dochtertje (niet zwaar gewond) Dit was het eenige kind van de 6 dat gered was, de rest was onder het puin bedolven. Haar man kwam later ook. Die menschen waren gebroken en zoo waren er zooveel, gezinnen waarvan 4 of meer kinderen dood waren en ook heele gezinnen weg. Ik moest veel aan Eb denken. Wat zal hij schrikken als hij dat alles ziet en hoort. Want er was heel veel vernield in de stad. Overal de daken stuk en de ramen, ontzettend om te zien. Prachtig werk is er verricht met het bergen van de slachtoffers. Er was nl steeds granaatvuur en toch werkten de mannen door. Soms dreigden gedeelten van huizen in te storten.
Steeds meer lijken werden geborgen. Verschillende in onze garage. 't Was een gezicht om nooit te vergeten, na een paar uur werken lagen er 6 kinderen naast elkaar, èèn heel kleintje er bij, ze waren bijna onherkenbaar door al het puin. Het was zoo iets aangrijpends, en ik kreeg een gevoel van groote dankbaarheid dat ik mijn kinderen had mogen behouden. S' middags steeg de spanning ten top. Dr. de Lange wilde weggaan hij had gehoord dat Waalwijk vrij was en zoo wilde hij probeeren naar huis te komen. Natuurlijk had hij gelijk maar ik vond het vreeselijk en Dan ook. Hij beloofde toen nog een