| |
| |
| |
Huisvrouw, 58 jaar - Den Haag
16 Augustus 1943
- Jo is weer naar W[addinxveen] vertrokken, haar vacantie is nog niet om, maar zij gaat tarwe rapen in Moercapelle bij een boer. Het zal een vermoeiend karweitje zijn, maar zij wil het met alle geweld doorzetten omdat zij dan daarna ook een vervoervergunning krijgt en dus nogeens tarwe mee kan brengen, zonder gevaar te loopen aangehouden en bekeurd te worden. Wij trachten weer zooveel mogelijk wat voedsel voor den winter bij elkaar te scharrelen, want al zou het voor den winter afgeloopen zijn, dan nog zal er niet direct veel voedsel aanwezig zijn, want de moffen blijven alles wegritsen zooveel zij kunnen. Wij hebben nu zelfs de groenten op de bon en de groenteboer behoeft ons niet meer dan een half pond per persoon te geven. Toch weten de meeste huisvrouwen nog wel, aan bonen te komen om in te maken, zij worden natuurlijk duur betaald en soms van ver gehaald, maar we hebben ze en dat is het voornaamste. Er komen nog weer duizenden geevacueerden, Duitsche vrouwen en kinderen over de grens, naar ons land, vanwege de bombardementen in Duitschland. Iedereen is nu wel overtuigd dat het op z'n eind loopt met de moffen, maar... Het eindje draagt de last en er zal nog wel heel wat gebeuren, voor het zoover is!
| |
19 Augustus 1943
- Vanmiddag om 1 uur kregen wij plotseling bezoek van twee ondergedokenen. Een vroegere leeraar van Jo met z'n vrouw. Zij waren al 10 maanden ondergedoken, en bovendien Joden, het toppunt dus van oplevend gevaar, maar wij konden niet anders doen dan ze in huis nemen en houden, want door ze weg te sturen!, zou het een zekere dood voor hen beteekenen. Zij konden niet meer in hun eerste schuilplaats blijven en wisten niet meer waar zij heen zouden gaan. Is er iets vreeselijkers denkbaar dan zoo opgejaagd te worden? Het brengt natuurlijk veel moeilijkheden mee voor ons allen, daar niemand, zelfs de naaste familie niet mag weten van hun bestaan, dus komt er visite dan moeten zijn verdwijnen en altijd door houden wij nu de deur op slot, zoo dat wij niet overvallen kunnen worden...
| |
21 Augustus 1943
- Jo kwam thuis en ik vertelde haar dat ik haar kamertje verhuurd had, want dit hebben de nieuwe huisgenooten
| |
| |
in gebruik. Toen zij zag wien de nieuwe bewoners waren, was zij hevig ontdaan en alle drie huilden eerst even uit, voor zij woorden konden vinden, voor de verrassing. Mijnheer B. beweerde dat hij van de hel in de hemel is aangeland, hij kon daar wel eens gelijk in hebben, want wij wonen erg hoog, dus misschien wel heel dicht bij den hemel ... Ik hoop van harte dat het voor hen ook den hemel mag blijven. Rob en Jo vonden ook, dat wij niet anders hadden kunnen handelen, door hen in huis op te nemen...
| |
22 Augustus 1943
- Vandaag kwam een vriend van den Heer B. en vertelde dat Mijnheer B.['s] vorige huisjuffrouw, met een huis-genoote was gevangen genomen, kort nadat zij waren vertrokken. Nieuwe ontsteltenis van Mijnh. en Mevr. B. Hoe zal zich nu de situatie ontwikkelen, als zij die menschen uithooren. Zullen zij vertellen dat zij meer menschen in huis hebben gehad? Gelukkig weten zij niet, waar zij naar toe zijn gegaan, enfin wij moeten maar afwachten.
| |
29 Augustus 1943
- Wij zijn al geheel gewend aan de nieuwe huis-genooten, die zoo plotseling bij ons binnen zijn gevallen. Zij zijn al aardig tot kalmte gekomen. Eerst schrokken zij bij iedere bel of telefoon, maar nu gaat het al beter 'Avonds zitten wij gezellig te bridgen en overdag helpt mevr. B. mij met het huiswerk en mijnheer zit in Robs boeken te grasduinen. Van de deur uitgaan is natuurlijk geen sprake maar daar zijn zij al die maanden aangewend en mijnh. B zijn hemel is nog altijd ‘de hemel’ en Mevr.? Och, die is al blij als haar man daar is, waar hij gelukkig is, zij is erg flink en heeft hem heel wat moed in moeten spreken al die maanden. Wij hopen nu maar dat wij ze niet al te lang meer moeten verbergen. Het kraakt wel overal in de wereld, maar het einde is nog niet in zicht, hoe lang nog? vragen wij ons iedere dag af. Koning Boris van Boelgarije is gestorven op geheimzinnige manier, zal dit gevolg hebben? Het volk daar is zeer oproerig, maar och wat zegt dat voor het geheel?
| |
1 September 1943
- Onze verwachting, dat er spoedig iets belangrijks zou gebeuren, is nog niet bewaarheid. Italie is nog altijd in oorlog denkt nog niet aan capituleeren, wordt te zeer door de Duitschers beheerscht. De Rus trekt goed vooruit en heeft weer heel wat plaatsen veroverd en staat nu voor de Oekraine, maar onze
| |
| |
stemming is met dit al weer beneden peil. H. en J. waren hier Zondag, H. was zeer pessimistisch. Volgens hem kan het wel weer een tachtigjarige oorlog worden. Ja, zoo zitten wij weer in de put. Er moet weer eens een opleving komen, anders ... Onze huisgenooten maken het goed, maar hun noodzakelijke verberging leidt tot allerlei lastige situatie's Vandaag was de werkster er, en wij hadden afgesproken, daar Jo juist al vroeg uit W[addinxveen] zou komen, dat Jo hen zou hebben meegebracht, maar aangezien de werkster een kwartier eerder kwam, was dat moeilijk en zouden Mijnh. en Mevr. zoolang in Robs kamer blijven. Mijnheer had dit blijkbaar niet goed begrepen en wilde iets halen uit Jo haar kamer en werd prompt door de werkster gezien. Mevrouw daar loopt een man, zei ze, ‘Welnee’ zei ik uiterst verbaasd waarop zij naar Robs kamertje liep om te kijken. Vol schrik hield ik haar tegen, en zei het eerste wat mij inviel ‘Het is de telefoonman die zou de telefoon nazien’. Of zij het geloofde? Nou de z.g. telefoonman was er het ergste van geschrokken, maar wij hebben later geweldig moeten lachen; gelukkig is onze werkster te vertrouwen, maar toch wil ik haar in dit geval niets zeggen, daar ik er met niemand over spreek; maar lastig is het vaak...
| |
8 September 1943
- Vanavond om kwart voor zeven gingen wij weer gezamelijk om de radio zitten, om te hooren of er wellicht eenig goed nieuws te beluisteren viel en ja!, daar hoorden wij plotseling dat Italie zich onvoorwaardelijk heeft overgegeven. Wat een hoera stemming gaf dat. Rob heeft juist zijn eerste vacantie dag vandaag, hij is niet meer in huis te houden en rent zijn vrienden af, om gezaamlijk te genieten van dit wel zeer groote lichtpunt in deze sombere tijd. Onze huisgenooten zijn weer eens in een gelukkiger stemming, dan zij in lang geweest zijn. Het daget in het Oosten! zou er eindelijk de verlangde ommekeer komen? Wat zullen de gevolgen van deze capitulatie zijn?...
| |
9 September 1943
- Wij zijn weer wat gekalmeerd. Rob heeft de heele nacht gefuift met zijn vrienden, het kan eenvoudig niet anders, dit moet gevierd worden. Er is nog niet veel nieuws alles is nog te onzeker, maar ook in Rusland gaat het uitstekend vooruit. De moffen ‘trekken steeds verder terug’ Het front ‘inkorten’ noemen ze dat, in hun grootheidswaan.
|
|