Een weinig van het andere
(1984)– Shrinivási– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 77]
| |
Boven ‘Pij en Burnous’Ga naar voetnoot+Para ‘Albertito’Ga naar voetnoot+ Ik weet dat boven ‘Pij en Burnous’
mijn hart steeds
zzw wil varen
om Agnes die ik kuis behield
voor wie de eindeloze jaren
plantagestil
en in gezelschap van
een land vol bladeren
zijn weggeëbd.
Ik weet
de aap van mijn verlangens
sprong op en af
tak op tak af
jaar in jaar uit
de kromming in zijn rug
deed laat in het seizoen
de hartstocht naar geluk
nauwelijks bedaren
het leven bleef hem steeds
een groene droom:
Een web
waarin weer elke dag van leven
een draad wordt
die het hart verbindt
met het eenmaal dichterlijk gegeven
dat in elk werk
zijn queeste herbegint...
| |
[pagina 78]
| |
naar het onaanrandbaar schoon
van boven de rivieren
en het zand waarin God
schrijven deed ons
leed en onrecht
haat en nijd
en al die medemensgevaren
geluk en ook de bittere strijd.
Ik weet dat
boven Pij en Burnous
mijn hart steeds
zzw wil varen
om Agnes die ik kuis behield.
Nog is mijn hartstocht
niet bekroond
mijn reis terug
is niet zonder gevaren
Is daarom Bel Exil nog onbewoond?
|