Een weinig van het andere(1984)– Shrinivási– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 51] [p. 51] Pratikshā (1968) Voor mijn lieve beti's Kamini en Sumintra [pagina 52] [p. 52] Immigration Uw paspoort O...... zwart haar en zwarte ogen karakteristiek zijn zijn twee namen die in de diaspora als lijnen in zijn hand het leven beelden. Menasse Efraim ‘Waar zult gij gaan logeren?’ Ik zei: ‘Hier is toch plaats, Heer. Bladeren voor een kussen en takken voor wat vuur tegen het ongedierte heb ik nodig en genoeg goede wil om rond te komen.’ ‘Hoe lang blijft u?’ Ik zei: ‘Heer, tot de maat van het verlangen vol is.’ ‘Hebt gij geld bij u’ vroeg hij vorsend Ik zei: ‘Neen, Heer Alleen maar een concessie om van de bomen [pagina 53] [p. 53] de gouden vruchten van het geduld te oogsten de inhoud van de rivieren opnieuw te meten de dammen voor de woorden die hier regenen aan te leggen en bruggen één brug te slaan tussen de grenzen van dit land en zonder misbaar mij te werpen in de stilte op het aambeeld van de tijd voorgoed duidelijk een dialoog te smeden het onkruid in mijn hart misschien ook bij de anderen telkens en telkens weer te wieden; de olie van de liefde te puren uit dit leven en daarmee blijdschapslamp in elk huis te ontsteken en morgenlichte vreugden te strooien over dit land.’ Zijn pen lag in een inktbuil: toen hij mij vreemd aanstaarde. Hij zei toen onverwachts: ‘Wij wisten van uw reis. Pardon U kunt nu gaan.’ En grinnikend achter mijn rug: ‘Een gek hier meer of minder maakt niet veel uit.’ Vorige Volgende