Stichtelijke gezangen, in verscheidene gelegenheden gedicht, en met aanmerkingen, tot verstand van eenige stukken uit de H. Schrift, verrijkt. Deel 2(1764)–Rutger Schutte– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 247] [p. 247] Bittere Klagte van een Ziel. enz. Verstond ik mij te regt op klaagen. Al't land zou op mijn klagt gewaagen. Hoe trooste-loos mijn toestand is: Maar ach! dit hart in 't aardsch zoo woelig. Schijnt in het hemelsch on - ge - voelig. En ziet al sluim'rend zijn gemis. Vorige Volgende