meuren die een nieuw kabinet ook is. Wat de humeuren betreft is de vvd beslist een mindere risicofactor dan de PvdA. De politieke ‘lachebekjes’ Jorritsma, Zalm en De Grave verzorgen de goede sfeer, terwijl de zindelijke burgerheren Van Aartsen, Hermans en Korthals, geen mannen met scherpe politieke opvattingen, zich primair als bestuurders zullen manifesteren.
Het net aangetreden vvd-flottielje, gecoacht door de nieuwe fractieleider annex wedergeboren dualist Hans Dijkstal, roept zelfs de vraag op waarvoor het eigenlijk staat. Waar Bolkesteins vvd voor stond, is duidelijk. Er bestond altijd onzekerheid over de uitkomsten, niet over het streven. Er was, ook in verkiezingstijd, het kleine en grote retorisch bedrog van te hoog inzetten en naderhand neerwaarts bijstellen. Niettemin is de grondslag van Bolkesteins verkiezingsoverwinningen en de essentie van zijn mandaat helder: financiële degelijkheid, een robuust vreemdelingenbeleid, een minder argeloze buitenlandse en eu-politiek. Dit is het mandaat dat onverhoeds op Dijkstal en de zijnen is overgegaan. Maar aan dat mandaat, de financiële peiler uitgezonderd, hebben de nieuwe fractievoorzitter en de vvd-ministers nauwelijks een bijdrage geleverd. Dijkstal, Jorritsma, of Korthals onlangs nog gehoord over een strikt asielbeleid, Van Aartsen over de eu?
De periode-Bolkestein was voor het grootste deel van de ten diepste bestuurlijke en gouvernementele vvd een ongemakkelijk interregnum. ‘Fántástisch’ dat de partij het zo goed deed, daarvan profiteerde het partijkader op alle niveaus, maar het was vaak ook nogal gênant. De toonhoogte van de leider, de woorden die hij bezigde, de andere nuances die men zelf toch graag had aangebracht. Men hoorde er niet bij, keek ongemakkelijk de andere kant op. Bolkestein kreeg applaus omdat het kader zijn electorale zegeningen telde, maar nauwelijks inhoudelijk bijval. Zijn optreden was altijd een Alleingang. Het is het ware kiezersbedrog: in het pluche klauteren met een populair mandaat dat grotendeels niet het jouwe is.
De vvd is daarmee terug bij af, bij het voornaamste politieke doel dat de partij sinds haar oprichting kent: erbij zijn. Meedoen