tv-itempje, dit zure stukje in uw krant. Niet meer dan een rimpeling: geen vervolg of gevolgen.
De verontwaardiging is dood, maar waaraan stierf zij? In zijn meeslepende Het demasqué in de samenleving (1975) schetst de amerikanist-socioloog A.N.J. den Hollander de opkomst ervan. Verontwaardiging dreef de Amerikaanse onthullingsjournalistiek, muckraking, uit het eerste decennium van de vorige eeuw. Zij richtte haar pijlen op het ongebreidelde kapitalisme uit de Gilded Age, ‘dat eenieder toestond, eenieder aanmoedigde, zich naar mogelijkheid te verrijken’. Een tijdperk van graaizucht, corrupte politici, ongelijkheid, ontregeling door massale immigratie, normloosheid. Muckraking op z'n best was zowel geëngageerd als feitelijk en pragmatisch, bedreven door uitmuntende journalisten die niet te beroerd waren om ook onvervaard campagne te voeren.
Dergelijke campagnejournalistiek heeft in Nederland met zijn jarenlang levensbeschouwelijk verzuilde pers nooit echt opgang gemaakt. Het engagement van de kortstondige herideologisering uit de jaren zestig en zeventig komt er nog het dichtst bij in de buurt. Sindsdien staat engagement eigenlijk als onprofessioneel te boek en geldt campagnevoeren vrijwel algemeen als een vulgair genre. Misschien iets voor De Telegraaf, niets voor nette media en fatsoenlijke journalisten.
Andere deugden werden de vaste bakens van de ontzuilde journalistiek: onafhankelijkheid, objectiviteit, neutraliteit, onpartijdigheid. Ook nu maatschappelijke ontwikkelingen in onze eigen Gilded Age - zelfverrijking, belangenverstrengeling, corruptie - daar vaak genoeg aanleiding toe geven, is verontwaardiging een suspecte drijfveer en distantie het eerste gebod. Signaleren en onthullen mag, stem geven aan andermans boosheid ook, maar voor serieuze media blijft de georganiseerde, volgehouden verontwaardiging van een campagne taboe. Commissarissen van de Koningin, directeuren van publieke zaakjes en natuurlijk minister Veerman met zijn, toegegeven, betrekkelijk geringe ‘vergrijp’ kunnen gerust zijn.
Maar misschien schiet het buitenland ons te hulp. Als er in Nederland echt iets aan de hand is, komen de eerste verontrustende