haar exegese, in haar encyclopedische documentatie, in haar analyse, en in de verkondiging van haar bijbehorende kosmologie.
In Den Haag was niet zozeer een componist op bezoek, maar de architect van een autonoom, autarkisch universum. Ergens en ooit moet dit universum ontstaan zijn, in de buurt van dat van Webern; sindsdien dijt het onophoudelijk uit en probeert zijn oorsprong onzichtbaar te maken. Binnen dat universum heeft alles zijn nauwkeurig gedefinieerde functie en bestemming, van de twaalf tonen van het octaaf tot de twaalf speeldoosjes met de melodieën van de dierenriem, en van de bassethoornspelende levensgezellin Suzanne tot de trompetspelende zoon Markus. Overziet men het verschijnsel Stockhausen, dan zijn de eerste woorden die te binnen schieten: integraal, systematisch en gesloten. Het zijn eigenschappen die per definitie indruk maken, zij zijn, zoals het in onvertaalbaar Engels heet, awe-inspiring. Dat bleek ook uit reacties van mensen die Stockhausen een maand lang op de voet gevolgd hadden. Die rare muziektheologie eromheen, daar gíng het toch niet om. Dat schaamteloze narcisme, dat maakte de muziek toch niet slechter. En dat handgeweven zondagsschooltheater, je kon toch gewoon je ogen sluiten. De kritiek smolt als sneeuw voor de zon, de zon van een indrukwekkende eenheid van methode, van een indrukwekkende consequentie en van een indrukwekkend ego. Waar eenheid van methode is, dient kennelijk eenheid van oordeel te zijn. Wie niet voor mij is, is tegen mij.
Ik ben niet vóór Stockhausen en ik ben niet tegen Stockhausen. Ik ben vóór zijn goede stukken (waaronder meesterwerken) en ik ben tegen de Teutoonse kitsch en de biedermeierachtige huisbakkenheid van andere. Dat Vision, Atmen gibt das Leben... en Am Himmel wandre ich uit hetzelfde hoofd afkomstig zijn als Kontakte, Inori of Trans is moeilijk