kwam men weer een jaar later: in 1967 waagden Richard Toop in Londen en Reinbert de Leeuw in Amsterdam zich aan een solistische uitvoering. Toop deed er vierentwintig uur over, maar De Leeuw moest na 116 herhalingen de uitvoering al staken, want, zei de zaalhouder 's nachts om één uur, sluitingstijd is sluitingstijd. Volgens insiders was het ook nooit de bedoeling dat de 840 volgemaakt zouden worden. Zo bleef Reinbert de Leeuw het lot bespaard dat twee jaar later een pianist in Australië trof die na zeventien uur, vóór het passeren van de finish, in coma moest worden afgevoerd.
Wat is Vexations eigenlijk? Een stuk dat van muziekcritici sportverslaggevers moet maken? Een geval van Guinness? Een école-secondaire-grap? Conceptuele kunst? Een meesterzet op het gebied van auteursrecht?
En toch. Luister eens naar de muziek en je merkt dat er iets eigenaardigs aan de hand is. Bij voorbeeld dat het om een paar doodsimpele akkoordopeenvolgingen gaat en dat die niettemin in al hun doodsimpelheid moeilijk te onthouden zijn. De muziek tolt en tolt en beschrijft uitsluitend vicieuze cirkels. Hierin lijkt Vexations een radicale voorloper van Stravinsky's Chanson russe.
Wat is het geheim van zoveel monotonie? Om te beginnen de zogenaamde verminderde drieklank. De verminderde drieklank is de nietszeggendheid, karakterloosheid en stuurloosheid zelve en op twee na alle akkoorden die in de harmonisaties van het basthema gebruikt worden zijn verminderd. Bovendien is het verschil tussen de twee harmonisaties van het thema miniem: de bovenstem van de een is de middenstem van de ander en andersom. Monotoner kan het niet.
En dan is er nog een vraag: waarom 840 keer? Toeval, zou Cage denk ik zeggen, maar Satie kende de I Ching nog niet. Het getal 840 zou bij voorbeeld in verband kunnen