Den Haag, 15 juli 1853
Van de Linde wilde eigenlijk geen betaling voor zijn stukjes in Holland hebben, maar Van Lennep wees hem op de verplichtingen die hij nog steeds tegenover zijn schuldeisers had. Van de Linde verbleef weer in Nederland en deed vruchteloze pogingen om Van Lennep te ontmoeten.
Amice,
Daar het een probleem blijft - aangezien gij het punt in medio hebt gelaten -, of ik u morgen vóór den ochtend-, of maandag, ná den avonddisch te 's Hage vinden zal, geef ik de jacht op, vermeenende dat de beste manier van u in Holland t'huis te vinden, is u in Engeland te ontfangen, wáár gij altijd zeker kunt zijn dat ik lust en tijd ter mijner beschikking zal hebben om u een behoorlijk welkom te verstrekken. Ik wil echter Holland niet verlaten zonder u te verzekeren dat ik er niets meer cordiaal's heb aangetroffen dan uwe uitnoodigingen.