Waarde van Lennep

Highgate, 24 juni 1851

In 1851 werd in Londen de eerste wereldtentoonstelling gehouden. Veel landen hadden een paviljoen waar produkten van eigen bodem getoond werden. Grote massa's buitenlanders bezochten Londen. Voor de expositie was een glazen gebouw opgetrokken, het Crystal Palace. Van de Linde schaamde zich diep voor de Hollandse afdeling.

[p. 140]

[...]

Het Hollandsch departement is beroerd; de vriesche turfboeren, die de tentoonstelling bezoeken, komen allen met zwarte voiles of sluiers, die zij, - uit schaamte zegt men, - over hun aangezicht halen, zoodra zij de Vaderlandsche afdeeling naderen, en de vuile Hollandsche vlag, die er boven hangt, ziet er net uit als of zij vijf jaren lang voor dwijl in een keezenfamilie had gediend. Rusland is uitstekend fraai en belangwekkend, zoo is Frankrijk, en Oostenrijk Belgie, Engeland India etc. etc. America, met een overgroot emplacement, en niets er in, is net ‘Armoede en Grootheid’.¹ De grootste curiositeit is echter het gebouw zelf: ‘een wonder onder wonderen’! Wij zagen, en geloofden 't niet! Het doet mij pleizier dat men het behouden blijft, en voor een Jardin d'Hiver, met promenades en een rijbaan in 't midden, bestemt. Onder de merkwaardigste voorwerpen behoren verder: een dwarsfluit zonder gaten, een versch ei grooter dan een volwaschen struisvogel, en een kind met een houten been geboren. Enfin alles is waarlijk marvellous. Ik zelf was zeer tegen het gantsche plan vóóringenomen en voorspelde niets dan bankroet en schipbreuk; doch thands roep ik uit met menig modern Ceasar, uit de plattelandsche schutterij van '31: ‘Veni, Vidi, Victus sum’!²

[...]

1 Armoede en grootheid is de titel van een toneelstuk van Kotzebue.

2 Veni... sum: ik kwam, zag, werd overwonnen.