Highgate, 30 augustus 1850
Bij de zending met de Batavier, die noodgedwongen van personenvervoer overgegaan was op het overzetten van goederen en vee, ging een briefje mee dat begon met een toespeling daarop.
Waarde Van Lennep, Daar de Batavier thands, helaas! meer onvernuftig vee overvoert dan schrandere en deftige passagieren, maak ik van die gelegenheid gebruik om u bij deze eenige specimina toe te zenden uit mijne onlangs aangelegde diergaarde; te weten: 1 Hond, 1 Aap, 1 Ezel en 1 Vogel; met verzoek mij die, na ze in de poppenkast aan de familie vertoond te hebben, weder in behoorlijke conditie te doen toekomen.
[...]