Verzamelde werken 1940-1941
(1995)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 250]
| |
37. MisverstandGa naar voetnoot1.In ons nummer van 12 Jan. j.l. schreven we, naar aanleiding van een bewering van het ‘Jongelingsblad’, dat de classis Drachten - in de bekende kwestieGa naar voetnoot2. - kerkrechtelijk onjuist gehandeld heeft, en dat ik ‘ook uit de kringen der bondsleiding dit ronduit had hooren verklaren’.Ga naar voetnoot3. Dat was 12 Jan. Op 12 April sprak ik den bondsvoorzitter,Ga naar voetnoot4. die de vrees uitte, dat men zou gaan denken, dat hier door mij geput zou zijn uit particuliere mededeelingen, in mijn tegenwoordigheid door hem gedaan in besloten kring. De voorzitter van den bond had niet tot 12 April behoeven te wachten, om mij dit te zeggen. Want natuurlijk is er van een putten uit dergelijke gesprekken geen sprake geweest. Men behoeft dus noch den bondsvoorzitter, noch mij te verwijten, dat we ons boekje te buiten zijn gegaan. Overigens moet me nog iets van het hart. In dezelfde week, waarin ik het bovengemelde schreef, heeft de bondsvoorzitter, schrijvende in ‘De Standaard’, beweerd, dat in de geschiedenis van ons blad, ook wat aangaat de laatste redactiewijziging, ‘paleisrevoluties’ zouden zijn opgetreden.Ga naar voetnoot5. Ik heb mijn bezwaar daartegen niet particulier op 12 April, maar publiek in ons nummer van 19 Jan. bekend gemaakt.Ga naar voetnoot6. Mijn bezwaar was: a. dat de schrijver in ‘De Standaard’ hier mòest geput hebben uit particuliere, en dan eenzijdige ‘informaties’; want over de geschiedenis der laatste en voorlaatste redactiewijziging is, niet op mijn verzoek, nimmer iets publiek gemaakt van officiëele zijde. De schrijver - prof. Dijk - moet dus gesteund hebben op wat hem in een particulier gesprek was meedegedeeld. Bovendien: b. het bericht was onwaar; paleisrevoluties zijn er niet geweest. We hebben zoodra prof. Dijk zich rechtstreeks tot ons wendde, het misverstand dadelijk weggenomen; we hopen, dat hij het nu eindelijk ook eens doet, | |
[pagina 251]
| |
en ons antwoord geeft op wat we 19 Jan. opmerkten aan zijn adres. Anders zou hij de gelegenheid tot verder broederlijk persverkeer bemoeilijken.Ga naar voetnoot7. We zullen alsnog uitzien. Ik kan nog opmerken, dat mijn stukje over die ‘paleisrevoluties’ door mij geplaatst is, nádat ik uitdrukkelijk van onzen uitgever,Ga naar voetnoot8. die heel de historie heeft meegemaakt, bewilliging en medewerking had verzocht en verkregen. Als prof. Dijk mij zonder antwoord laat, dan laat hij den Heer L. Smit, Firma Oosterbaan & Le Cointre, eveneens zonder antwoord. Diens weg was inzake de redactiewijziging even eerlijk als de mijne, naar ik meen. |
|